een specifieke snelheid voor de automatische
kleurenloop instellen.
U kunt vervolgens doorgaan met het naar eigen
wens aanpassen van de verlichting. Als u wilt
terugkeren naar een opgeslagen scène, hoeft
u alleen maar op de scèneknop te drukken
waaronder de desbetreffende instelling is
opgeslagen. De scèneknop licht kort op om aan
te geven dat de scène is geselecteerd, waarna de
opgeslagen instelling wordt geactiveerd op de
LivingColors.
U kunt maximaal drie scènes opslaan (één onder
elke scèneknop).
Schakel de LivingColors uit door op de knop "0"
(uit) te drukken. De LivingColors onthoudt de
laatst gekozen instelling. Druk op "I" (aan) om de
LivingColors weer in te schakelen.
3.
De LivingColors op andere Philips
LivingAmbiance-producten aansluiten
U kunt diverse producten uit de serie Philips
LivingAmbiance aansluiten op de afstandsbediening
van uw LivingColors. Zo kunt u alle aangesloten
producten zowel gezamenlijk als afzonderlijk
aanpassen, en dat alles met een en dezelfde
afstandsbediening.
1.
U kunt ook andere Philips LivingColors-lampen
aan uw afstandsbediening koppelen. De meeste
Philips LivingColors zijn geschikt voor deze
afstandsbediening; de enige voorwaarde is dat
er een SmartLink-logo staat op de LivingColors
die u wilt toevoegen. Alle producten met een
SmartLink-logo kunnen aan uw afstandsbediening
worden gekoppeld.
Om een Philips LivingColors-lamp aan de
afstandsbediening toe te voegen, houdt u de
afstandsbediening met de knop "I" ingedrukt in
de buurt van de desbetreffende lamp. De lamp
knippert drie keer. Houd "I" ingedrukt totdat
de afstandsbediening een piep laat horen. De
lamp knippert kort groen om aan te geven dat
deze aan de afstandsbediening is gekoppeld en
schakelt vervolgens over naar de laatstgekozen
instelling in ingeschakelde toestand.
Zorg er bij een LivingColors Colored & White
voor dat u ook de witte lamp koppelt. Dit
doet u op dezelfde manier als beschreven voor
LivingWhites-producten bij punt 2.
Als u de koppeling van een LivingColors-lamp
met de afstandsbediening ongedaan wilt maken,
houdt u de afstandsbediening dicht bij de lamp
All manuals and user guides at all-guides.com
en houdt u de knop "0" ingedrukt. De lamp
knippert drie keer. Houd de knop "0" ingedrukt
totdat de afstandsbediening een piep laat horen.
De lamp wordt langzaam gedimd totdat deze is
uitgeschakeld.
2.
U kunt ook Philips LivingWhites-producten
(stekkers, spaarlampen en armaturen) aan uw
afstandsbediening koppelen. Om een Philips
LivingWhites-product te koppelen, houdt
u de afstandsbediening in de buurt van het
desbetreffende product. Houd vervolgens de
knop "I" ingedrukt. De lamp knippert drie keer.
Houd "I" ingedrukt totdat de afstandsbediening
een piep laat horen. De lamp knippert twee
keer kort om aan te geven dat deze aan de
afstandsbediening is gekoppeld en schakelt
vervolgens over naar de laatstgekozen instelling
in ingeschakelde toestand.
Als u de koppeling van een LivingWhites-
product met de afstandsbediening ongedaan wilt
maken, houdt u de afstandsbediening dicht bij
het product en houdt u de knop "0" ingedrukt.
De lamp knippert drie keer. Houd de knop "0"
ingedrukt totdat de afstandsbediening een piep
laat horen. De lamp wordt langzaam gedimd
totdat deze is uitgeschakeld.
3.
U kunt uw afstandsbediening ook aan een andere
afstandsbediening uit de Philips LivingAmbiance-
collectie koppelen. Alle LivingColors- of
LivingWhites-afstandsbedieningen met een
SmartLink-logo kunnen aan uw afstandsbediening
worden gekoppeld. Door het toevoegen van een
afstandsbediening kunt u dezelfde lampen met
twee verschillende afstandsbedieningen bedienen.
U zou voor dezelfde reeks lampen bijvoorbeeld
zes verschillende lichtscènes kunnen opslaan:
drie op de ene afstandsbediening en drie op
de andere. Om een extra LivingColors- of
LivingWhites-afstandsbediening toe te voegen,
gaat u als volgt te werk:
a.
Reset de afstandsbediening die u wilt toevoegen:
open het batterijvak en houd de resetknop
een paar seconden ingedrukt (bijv. met een
paperclip). De batterijen dienen in het batterijvak
te zitten. De afstandsbediening laat een geluid
horen wanneer deze is gereset.
b.
Houd de geresette afstandsbediening dicht
bij de afstandsbediening die u momenteel
gebruikt. Druk op de knop "I" op beide
afstandsbedieningen totdat ze een geluid
laten horen. De afstandsbedieningen zijn nu
gekoppeld. Dit houdt in dat u nu met beide
afstandsbedieningen dezelfde lampen kunt
bedienen.
c.
Als de extra afstandsbediening eenmaal is
28