5.1 Wat u kunt doen om energie te
besparen
Het product verbinden met elektro-
nische energiebesparende syste-
men is schadelijk want het kan uw
product beschadigen.
• Dit koelapparaat is niet bedoeld voor ge-
bruik als een ingebouwd apparaat;.
• Houd de deur van de koelkast niet te lang
open.
• Plaats geen warme dranken in de koel-
kast.
• U mag de koelkast niet te veel opvullen;
als u de interne luchtcirculatie blokkeert,
vermindert het koelvermogen.
• Aangezien warme en vochtige lucht niet
rechtstreeks zullen doordringen in uw
product als de deuren niet worden geo-
pend zal uw product optimaal werken in
omstandigheden die voldoen om uw
etenswaren te beschermen. Onder deze
omstandigheden werken functies en on-
derdelen zoals de compressor, ventilator,
het verwarmingselement, ontdooien, ver-
lichten, weergave, etc. in overeenstem-
ming met de behoeften om zo weinig mo-
gelijk energie te verbruiken.
• Als er meerdere opties zijn, moeten de
glazen platen zodanig worden geplaatst
dat ze de luchtuitlaten op de achterwand
niet zijn geblokkeerd. De luchtuitlaten
moeten bij voorkeur onder de glazen pla-
ten blijven. Deze combinatie kan bijdra-
gen tot de luchtcirculatie en energie-effi-
ciëntie.
• Het is ten zeerste aangeraden de onder-
ste lade te gebruiken om etenswaren te
bewaren.
• Zorg ervoor dat de etenswaren niet in
contact komen met de hieronder be-
schreven temperatuursensor van het
koelvak.
• Als ze in contact komen met de sensor
kan het energieverbruik van het apparaat
stijgen
• Etenswaren moeten worden bewaard op
de laden in het koelvak om energie te be-
sparen en etenswaren in betere omstan-
digheden te beschermen.
5.2 Eerste gebruik
Voor u de koelkast in gebruik neemt, moet
u ervoor zorgen dat u de nodige voorberei-
dingen treft in overeenstemming met de in-
structies vermeld in de "Veiligheids- en om-
gevingsinstructies" en "Installatie" secties.
• Schakel het product in zonder etenswa-
ren en laat het werken gedurende 6 uur.
Open de deur niet tenzij absoluut noodza-
kelijk.
• De temperatuurwijzigingen die worden
veroorzaakt door het openen en sluiten
van de deur tijdens het gebruik van het
product zullen in normale omstandighe-
den resulteren in de vorming van conden-
satie op de deur/laden en het glas dat in
het product wordt geplaatst.
Een geluidssignaal weerklinkt wan-
neer de compressor wordt inge-
schakeld. Het is normaal dat het
product lawaai maakt, zelfs als de
compressor is ingeschakeld, aan-
gezien vloeistof en gas kan worden
samengedrukt in het koelsysteem.
Het is normaal dat de voorzijden
van de koelkast warm zijn. Deze zo-
nes zijn ontworpen om op te war-
men en condensatie te vermijden.
NL / 93
EN
DE
FR
NL