Laserlicht is anders dan ander licht wat u gewoon bent. Laserlicht kan n.l. (oog)letsel veroorzaken. Laserlicht is duizenden keren geconcentreerder dan
normaal licht. Deze lichtconcentratie kan het netvlies verbranden. Zelfs als de warmte van een laserstraal niet gevoeld kan worden, kan het oogletsel of
blindheid veroorzaken. Zelfs een kleine concentratie en een straal die ver verwijderd is kan gevaarlijk zijn.
Het is onjuist te veronderstellen dat één straal uit een bundel van honderden door de laser gemaakte bundels, geen letsel kan veroorzaken.
Het is ook onjuist te veronderstellen dat het veilig is in een bewegende straal te kijken. In de wet staat dat het verboden is, bij gebruik van een Klasse 3B/4
laser, de laserstraal op individuen te richten en/of daaronder zoals op dansvloeren enz..
•
Richt een laserstraal nooit op mensen en dieren. Kijk nooit in de laseropening of laserstralen, dit kan oogletsel of blindheid veroorzaken.
Richt de laserstraal nooit op gebieden waar mensen mogelijk blootgesteld kunnen worden aan de laserstraal, bijvoorbeeld hoger gelegen
•
balkons etc.
•
Plaats de laserunits zodanig dat laserstralen boven het publiek bewegen. Zie verderop in deze handleiding.
•
Test de laserunits altijd eerst voordat het publiek aanwezig is.
•
Het is verboden en gevaarlijk de laserstraal in het publiek te schijnen, of daar te schijnen waar reflecties zoals ramen, spiegels, e.d het
publiek bereiken. Ook reflecterende stralen zijn gevaarlijk!
•
Richt de laserstaal nooit op vliegtuigen of in de open lucht, dit is een strafbaar feit.
Het afstellen of gebruik anders dan omschreven in deze handleiding kan leiden tot een gevaarlijke blootstelling aan ongewenste straling.
•
•
Gebruik geen reinigingsmiddelen en/of chemische middelen om de lens schoon te maken.
•
Laat de bediening van een laser over aan vakbekwame mensen die vertrouwd zijn met de gestelde eisen die hiervoor nodig zijn.
•
Gebruik de laserunit nooit als de behuizing is beschadigd, als de behuizing is geopend of als de optiek op enige wijze beschadigd lijkt.
•
Laat een (werkende) laserunit nooit onbeheerd achter.
•
Gebruik altijd een veiligheidsketting wanneer een laser op hoogte wordt gemonteerd.
De wettelijke vereisten voor het gebruik van laserapparatuur verschillen per land. De gebruiker is verantwoordelijk voor de toepassing van de wettelijke
vereisten zoals die in het betreffende land/regio gelden.
Deze unit bevat laseronderdelen met een hoogvermogen, onder spanning staande delen en delen die straling afgeven.
de behuizing,
Verdere richtlijnen en veiligheidsprogramma's voor het veilige gebruik van lasers zijn te vinden in de ANSI Z136.1 Standaard "voor het veilige gebruik van
lasers", beschikbaar bij het Laser Institute of America: www.laserinstitute.org. Vele plaatselijke overheden, bedrijven, agentschappen, legers en andere
instanties vereisen allemaal dat lasers worden gebruikt onder de richtlijnen van ANSI Z136.1. De richtlijn voor laservertoning kan worden verkregen via de
International Laser Display Association: www.laserist.org. Emissiegegevens van de laser zoals gemeten onder IEC-meetomstandigheden voor classificatie.
Onmiddellijk na ontvangst, zorgvuldig uitpakken van de doos, controleer de inhoud om ervoor te zorgen dat alle onderdelen aanwezig
zijn en zijn in goede staat zijn ontvangen. Bij transportschade of ontbreken van onderdelen onmiddellijk de verkopende partij inlichten. Bewaar de
verpakking en het verpakkingsmateriaal. Indien het product moet worden teruggestuurd, is het belangrijk dat het product in originele verpakking wordt
geretourneerd.
Als het apparaat is blootgesteld aan drastische temperatuurverschillen (bv. na het transport), schakel het apparaat niet onmiddellijk in. De ontstane
condensatie kan het apparaat beschadigen. Zorg ervoor dat het apparaat op kamertemperatuur komt en steek vervolgens de voeding stekker in het
stopcontact.
Op achterzijde van het apparaat staat aangegeven op welke netspanning deze moet worden aangesloten. Controleer of de netspanning hiermee
overeenkomt, bij alle andere netspanningen dan aangegeven kan het apparaat onherstelbaar worden beschadigd. Tevens moet het apparaat direct op de
netspanning worden aangesloten en mag géén dimmer of regelbare voeding worden gebruikt.
Het apparaat heeft een powerconnector uitgang aan boord. Afhankelijk van de plaatselijke omstandigheden kunnen meerdere apparaten via de in- en
uitgang met elkaar worden verbonden. Sluit maximaal vier (bij gebruik van 230V/16A) apparaten op een rij aan. Gebruik een goedgekeurde 3-aderige
kabel met een doorsnede van minimaal 1,5 mm². De installatievoorschriften van de fabrikant en de kleurcodering van de kabel moeten in acht worden
genomen. Schakel het apparaat niet uit door de powerconnector te draaien, maar gebruik de aan/uit-schakelaar of trek de stekker uit het stopcontact!
Sluit het apparaat altijd aan op een beschermd circuit (aardlekschakelaar of zekering). Zorg ervoor dat het apparaat
voldoende elektrisch is geaard om het risico op elektrocutie of brand te vermijden.
Het kan ook blindheid, huidverbranding en brand veroorzaken.
Het gebruik in Frankrijk is alléén toegestaan voor de professionele gebruiker en niet voor
de consument. Zie besluit: www.legifrance.gouv.fr
daarom