Model
Voedings-
kabel
Tankunit
Buitenunit
WH-UDZ03KE5*,
WH-UDZ05KE5*
WH-ADC0309K3E5B
WH-UDZ07KE5*,
WH-UDZ09KE5*
3. Om te voorkomen dat de kabel beschadigd wordt door scherpe randen,
moet de kabel door een invoerbus geleid worden (die zich onderin
het regelpaneel 6 bevindt) voordat deze op het aansluitblok wordt
aangesloten. De bus moet gebruikt worden en mag niet verwijderd worden.
Aansluitingen op de buitenunit
Kleur van de draden (Aansluitkabels)
Aansluitingen op de tankunit
(Voedingskabel)
Aansluitingen op de zekeringen
vanaf de stroomvoorziening
(Stroomonderbreker)
Aardlekautomaat/
aardlekschakelaar
*1
Bedradingsklem
Voedingskabel 1
Voedingskabel 2
Aansluitschroef
Aandraaimoment cN•m {kgf•cm}
M4
M5
*1 - De aarddraad moet om veiligheidsredenen langer zijn dan de andere draden
EISEN VOOR HET STRIPPEN EN AANSLUITEN VAN DRADEN
Draad strippen
Geen losse draad
(ruimte tussen draden)
bij het insteken
Draad volledig
Draad te ver
ingestoken
ingestoken
ACCEPTEREN
AANSLUITINGSEISEN
Voor tankunit WH-ADC0309K3E5B met WH-UDZ03KE5*, WH-UDZ05KE5*,
WH-UDZ07KE5*, WH-UDZ09KE5*
•
Stroomvoorziening 1 van de apparatuur voldoet aan IEC/EN 61000-3-2.
•
Stroomvoorziening 1 van de apparatuur voldoet aan IEC/EN 61000-3-3
en kan op het elektriciteitsnetwerk worden aangesloten.
•
Stroomvoorziening 2 van de apparatuur voldoet aan IEC/EN 61000-3-2.
•
Stroomvoorziening 2 van de apparatuur voldoet aan IEC/EN 61000-3-3
en kan op het elektriciteitsnetwerk worden aangesloten.
Aanbevolen
Kabelafmetingen Zekeringen
aardlekautomaat
1
3 x min. 1,5 mm
2
15/16 A
30 mA, 2P, type A
2
2
3 x min. 1,5 mm
15/16 A 30 mA, 2P, type AC
2
1
3 x min. 2,5 mm
25 A
30 mA, 2P, type A
2
3 x min. 1,5 mm
2
15/16 A 30 mA, 2P, type AC
1
L
N
L
N
1
1
1
L
N
L
N
1
1
buitenunit
aansluiting
Stroomvoorziening 1 Stroomvoorziening 2
Bedradingsklem
Aansluitkabels
157~196 {16~20}
196~245 {20~25}
Aansluitklemmen
aansluiting
binnen-/buitenunit
5 mm of meer
Draad niet geheel
ingestoken
VERBODEN
VERBODEN
VULLEN EN AFTAPPEN VAN
5
WATER
•
Zorg ervoor dat de installatie van alle leidingen juist is gedaan, voordat
onderstaande stappen worden uitgevoerd.
VULLEN MET WATER
Voor de warmtapwatertank
1. Zet de afvoer van de warmtapwatertank (aftapkraan)
"GESLOTEN".
"GESLOTEN"
2
3
2
3
Tankunit/
2. Zet alle kranen / douche "OPEN".
3. Start met het vullen van de warmtapwatertank via de leidingaansluiting
i.
Na 20 – 40 min zal er water uit de kranen / douche stromen.
Zo niet, neem dan contact op met uw plaatselijke erkende dealer.
4. Controleer en zorg ervoor dat er bij de aansluitpunten van de slangen
geen lekkages zijn.
Aansluitblok
5. Zet de afvoer van de warmtapwatertank (aftapkraan)
lang op "OPEN" om deze leiding te ontluchten. Zet deze daarna op
*1
"GESLOTEN".
6. Draai de knop op de veiligheidsklep o een beetje linksom en houd
deze zo 10 sec. vast om deze leiding te ontluchten. Draai dan de knop
terug naar de originele positie.
7. Zorg ervoor dat stap 5 & 6 elke keer wordt uitgevoerd nadat de
warmtapwatertank is bijgevuld met water.
8. Om te voorkomen dat er tegendruk ontstaat in de veiligheidsklep o
moet de knop van de veiligheidsklep o linksom worden gedraaid.
Voor ruimteverwarming / -koeling
1. Draai de knop op de uitlaat van de ontluchtingsklep d, tegen de wijzers
van de klok in, een volledige slag vanuit de gesloten positie.
2. Zet de handel van de overdrukklep e op "OMLAAG".
Hendel
Draai omlaag
Overdrukklep e
3. Start met het vullen van het circuit van de ruimteverwarming / -koeling
met water (met een druk van meer dan 0,1 MPa (1 bar)) via de
leidingaansluiting
van de overdrukklep e stroomt.
4. Zet de tankunit AAN en zorg ervoor dat de waterpomp 4 draait.
5. Controleer en zorg ervoor dat er bij de aansluitpunten van de slangen
geen lekkages zijn.
6. Er kan water uit de afvoerslang druppelen. Daarom moet de slang
worden bevestigd zonder het uiteinde van de slang af te sluiten of te
blokkeren.
Afvoer warmtapwatertank (aftapkraan)
Plug (één hele slag
tegen de wijzers
van de klok in
draaien)
Ontluchtingsklep d
Overdrukklep e
Hendel
of
. Stop met vullen zodra er water door de afvoerslang
a
op
g
"OPEN"
g
10 sec.
g
Overdrukklep e
Draai omlaag
Overdrukklep e
9