3. Gebruiksvoorwaarden:
Dit ademhalingstoestel moet strikt volgens de instructies uit deze handleiding worden gebruikt envolgens de
instructies voorde overe enkomstige kopstukken(helmen).
De
gebruiker
moet
aile
onder
staande
"gebruiksaanwijzingen"
goed
lezen
om
het
ademhalingsbeschermingstoestel correct te kunnen gebruiken.
Ais de blazer uitgeschakeld is, zal het toestel weinig tot geen ademhalingsbescherming bieden . Ais de
blazer uitgeschakeld is, kan zich snel koolstofdioxide ophopen en kan het zuurstofgehalte in het kopstuk
snel dalen. Het is van essentieel belang dat de blazer niet wordt gebruikt indien hij uitgescha keld is .
HET TOESTEL MAG NIET WORDEN GEBRUIKT:
In een atmosfeer die onmiddellijk gevaar oplevert voor de hygiëne of gezondheid van de gebruiker,
die een zuurstofgehalte van minder dan 17% heeft of die onbekende stoffen bevat.
In besloten of niet-verluchte ruimten zoals tanks, leidingen, kanalen, enz. ln de buurt van vlammen
en/of vonken.
Op plaatsen met explosiegevaar.
Op plaatsen waar een sterke wind staal.
Aisdeblazeromdeeenofandereredenstoptmetwerken,moetdegebruiker de verontreinigde ruimte
onmiddellijk verlaten.
Het is ook van essentieel belang dat:
Niets in contact komt met de bewegende onderdelen
Niet wordt getracht om het toestel of de filter op de een of andere manier aan te passen of te veranderen.
Geen water of andere vloeistoffen binnenin het toestel terecht komen -vooral de motor en ventilator, de
tilter of de batterij.
Zorg ervoor dat het kopstuk nauw aansluit op het gelaat van de gebruiker. Aileen dan zal het systeem
voldoende efficiënt werken. De beschermingsfactor van het volledige systeem zal worden verlaagd indien
de dichting van het kopstuk niet goed op zijn plaats zit, bv. door een baard of lang haar tussen de dichting.
Het is ook mogelijk dat de slang naar het kopstuk verstrikt kan geraken tijdens het gebruik. De blazer moet
zodanig worden gedragen dat die mogelijkheid wordt beperkt. Een lilter kan niet rechtstreeks op het
kopstuk worden gemonteerd en mag ook niet worden aangepast om dat te doen. Een goede
ademhalingsbescherming is niet mogelijk indien onderdelen werden aangepast. ln het geval van een hoog
werktempo kan de druk binnenin het toestel negatiel worden indien de gebruiker veel inademt. 95000R EVO
2systemen mogen enkel door bekwaam, goed opgeleid personeel worden gebrui kt. Filters mogen niet aan
andere blazers worden aangepast.
OPGELETl Ais een van deze voorwaarden niet is nageleefd, zal de garantie automatisch
ongeldig zijn.
De gebruiker wordt aangeraden om de verontreinigde ruimte onmiddelliik te verlaten indien:
Indien het MMDF-alarm afgaat (Manufacturer's Minimum Design Flow, door de fabrikant aanbevolen
minimumdebiet). Ademhalen moeilijk wordt. Duizeligheid of ademloosheid optreedt.
Een onderdeel van het systeem beschadigd raakt. De luchtstroom naar het kopstuk afneemt of
stopt. De gebruiker een verontreinigende stof kan ruiken of proeven binnenin het kopstuk.
Materialen die in contact kunnen komen met de huid van de gebruiker, veroorzaken bij de meeste
personen geen allergische reacties, maar indien toch een reactie zou optreden, moet de gebruiker
onmiddellijk de verontreinigde ruimte verlaten, het toestel uittrekken en medische hulp zoeken.
4. Systeemoverzicht:
Het 95000R EVO 2-toestel is een ademhalingstoestel dat aan een riem wordt gedragen, met een
verwisselbare, wegwerpbare, hoogrenderende deeltjesfilter. Het systeem is gecertificeerd met de
helmen uit punt 8 en is geschikt voor een hoofdomtrek van 535 tot 600 mm. Het 95000R EVO 2-toestel
bevat een verwijderbare, oplaadbare batterij, goed voor Bu. Het 95000R EVO 2-toestel zal de gebruiker
waarschuwen met een geluidsalarm indien een MMDF van 170 Umin niet wordt gehaald. Ais het alarm
weerklinkt, moet de gebruiker onmiddellijk de werkruimte verlaten en naar een veilige plek gaan. Het toestel
geeft een visueel alarm wanneer de batterij bijna leeg is en een meervoudig alarm -geluid en trillingen -
indien de filter verstopt zit of ontbreekt. Naargelang van de storing moet de gebruiker de voorfilter vervangen
(in erg stofrijke omgevingen moet de voorfilter vaak worden vervangen) en/of de batterij weer opladen of
vervangen door een volledig opgeladen batterij. Indien het alarm voor een verstopte filter blijft klinken, moet
de hoofdfilter worden vervangen. De gebruiker mag pas terugkeren naar de werkplek indien het toestel