▪
Zorg ervoor dat de hekplaat tijdens het zagen altijd in contact is met het werkstuk.
Anders kan de zaagketting vast komen te zitten en kan de controle over de
kettingzaag verloren gaan.
▪
Wanneer u klaar bent met uw werk, schakelt u de kettingzaag uit en trekt u de
zaagketting pas uit de zaagsnede wanneer deze tot stilstand is gekomen. Dit zal
terugslag voorkomen.
▪
Klem het materiaal stevig vast. Ondersteun het werkstuk niet met uw hand of
voet. Raak geen voorwerpen of de grond aan met de draaiende zaag. Er is een
risico van terugslag.
▪
Gebruik altijd een stevige steun, bijv. een zaagbok, wanneer u gezaagd hout en
dun hout zaagt. Het te zagen hout mag tijdens het zagen niet worden opgestapeld.
▪
Zet boomstammen vast voordat u ze zaagt.
▪
Zorg ervoor dat u altijd met uw gezicht naar de helling staat wanneer u op een
hellend oppervlak staat.
▪
Wees extra voorzichtig bij het zagen van versplinterd hout. Houtsplinters kunnen
door de zaagketting worden meegevoerd en vormen een verhoogd risico op
letsel!
▪
Vreemde voorwerpen zoals spijkers, schroeven, metalen onderdelen, zand, enz.
leiden tot verhoogde slijtage van de geleider en de zaagketting.
▪
Een botte zaagketting kan oververhitting en schade aan de motor veroorzaken.
▪
Bij het controleren van de kettingspanning, het naspannen, het monteren van de
zaagketting en het verhelpen van storingen altijd de accu verwijderen! Verwijder
ook de accu als u het apparaat een tijdje niet gebruikt.
Persoonlijke beschermingsmiddelen
▪
Draag altijd een veiligheidsbril en handschoenen bij het werken met de
kettingzaag. Draag een veiligheidshelm bij werkzaamheden waarbij hoofdletsel
kan optreden.
▪
Draag altijd gehoorbescherming om gehoorschade te voorkomen.
▪
Wij raden u aan snijvaste, nauwsluitende kleding en veiligheidsschoenen te
dragen.
Werken met zagen:
▪
Houd uw hand uit de buurt van het snijgedeelte en het mes.
▪
Grijp niet onder het werkstuk. De beschermkap kan je niet beschermen tegen het
mes onder het werkstuk.
▪
Pas de zaagdiepte aan aan de dikte van het werkstuk. Minder dan een volledige
tand van de zaagbladtanden moet zichtbaar zijn onder het werkstuk.
▪
Houd het te zagen stuk nooit in uw handen of over uw been. Bevestig het werkstuk
op een stabiel platform. Het is belangrijk om het werkstuk goed te ondersteunen
30