Fahrradträger_i21-i31.book Seite 45 Mittwoch, 19. April 2017 10:56 10
Fietsen monteren/demonteren
Voorzichtig
De fietsendrager voor de trekhaak moet uitsluitend
voor transport van fietsen worden gebruikt.
Er mogen alleen fietsen met een gewicht van elk
max. 30 kg op de fietsendrager worden getransporteerd.
Hierbij mag de maximaal toegestane draaglast van de
fietsendrager, de steunlast van de trekhaak alsmede het
toegestane totale gewicht van het voertuig en de maximaal
toegestane aslast van het voertuig (zie voertuig-
gebruikshandleiding) in geen geval worden overschreden.
Door niet-inachtneming kan de fietsendrager samen met de
gemonteerde fietsen losraken en daardoor persoonlijk letsel
en/of een ongeluk veroorzaken.
Voorzichtig
De fietsen moeten zo gelijkmatig mogelijk en met laag
zwaartepunt op de fietsendrager worden bevestigd en
met elk een houder aan het fietsframe en spanriemen aan
de voor- en achterwielen tegen vallen worden beveiligd.
Door niet-inachtneming kunnen de fietsen en/of losse delen
tijdens rijden van het voertuig los raken en bij andere
verkeersdeelnemers tot een ongeval en hieruit volgend letsel
en materiële schade leiden.
Voor montage kinderzitjes en alle losse delen bv. drinkflessen,
zadeltassen, accu's van e-bikes etc. van de fietsen verwijderen
en opbergen.
Voorzichtig
Door wegglijden/kantelen bestaat gevaar voor letsel.
Beveilig de fietsen tegen wegglijden/kantelen.
Voer de montage en de demontage van de fietsen samen
met een tweede persoon uit.
Voorzichtig
Afhankelijk van het voertuigtype kan de fietsendrager met
de fietsen te dicht bij de uitlaat van het voertuig zijn gepositio-
neerd. Door de hete uitlaatpijp en/of de hete emissiegassen
kunnen de fietsendrager en/of de fietsen worden beschadigd.
In dit geval mag de fietsendrager niet worden gebruikt.
Raadpleeg betreffende transport van fietsen met carbondelen
de fabrikant/handelaar of deze fietsen voor transport op de
fietsendrager geschikt zijn.
Volgorde van aanbrengen van de fietsen
Neem de volgorde van de fietsen in de rijrichting (pijl) in acht,
zoals hier afgebeeld.
Aanwijzing
Zware fietsen dichtbij het voertuig en lichte fietsen
(bv. kinderfietsen) verder achter op de fietsendrager monteren.
De eerste fiets met de tandwielen richting het voertuig
monteren.
Eerste fiets monteren
25
26
8
1. Grendel (25) indrukken en de spanriemen (26) uittrekken.
2. Fiets op de wielrails (8) plaatsen en tegen kantelen beveiligen.
- 45 -
M+P-25A-0155
8
M+P-25A-0213