Als de kabels vanaf de zijkant moeten worden gelegd, voert u eerst de aansluitkabel door de
onderplaat en de opening aan de zijkant van de onderplaat.
Zet nu de onderplaat vast.
Zet daarna de camerakop vast door het plaatsen van de camerakap. De afstelring heeft daarbij een
uitsparing (A) op een punt waarop het borgelement in de afstelring kan worden geleid. Draai de
borgschroef voor de camerakap iets vast om daarna de richting van de camera in te stellen.
5.2. Camera uitlijnen
Indien nodig draait u de borgschroef aan de onderplaat van de camera los. Nu kan het middelste
cameradeel in 3 assen worden ingesteld. Draai de borgschroef daarna weer vast.
A
Het effectieve IR-bereik is afhankelijk van de locatie. Licht absorberende oppervlakken of
objecten die geen IR-licht reflecteren in het zicht reduceren het IR-bereik of geven een te
donker videobeeld. Bovendien kunnen reflecterende objecten in de directe omgeving van de
camera (dakgoot, muur) storende reflecties van IR-licht in het beeld veroorzaken.
U dient erop te letten dat bij de modellen HDCC32501 en HDCC33500 de IR-LED's niet
worden bedekt door de camerakap, omdat er anders reflecties ontstaan.
(A) Kantelen
(B) Zwenken
(C) Draaien
B
C
55
Nederlands
A
90°
360°
360°