De lijnuitgangsaansluitingen op de achterkant van het apparaat zijn 3-polige (TRS) 6,3 mm jackaansluitingen en zijn
elektronisch gebalanceerd.
* Het getoonde voorbeeld is gebaseerd op een opstelling met actieve luidsprekers. Bij het aansluiten van passieve luidsprekers
is een aparte versterker nodig. De lijnuitgang van dit apparaat moet dan worden aangesloten op de ingangen van de versterker.
DIRECT MONITORING
Om de nadelen van mogelijke latency (vertraging) te elimineren, is het apparaat
uitgerust met de optie "Direct Monitoring". Druk op "Direct Monitor" om deze optie in te
schakelen. Als deze optie is ingeschakeld, worden de ingangssignalen rechtstreeks
naar de aangesloten hoofdtelefoon en monitoruitgang geleid. Op deze manier is de
input zonder vertraging te horen. De inputs worden gecombineerd tot mono, waardoor
zowel microfoon- als instrumentinput in het midden van het stereobeeld verschijnen.
LET OP: Signalen naar pc of MAC worden niet beïnvloed wanneer deze optie wordt gebruikt.
Wanneer "Direct Monitoring" is ingeschakeld, moet u ervoor zorgen dat de opnamesoftware die u gebruikt niet is ingesteld om
de geregistreerde invoer rechtstreeks naar de uitvoer te leiden. Als dat wel het geval is, wordt de invoer "verdubbeld", wat
resulteert in een ongewenst echo-effect.
7
LATENCY (-vertraging)
De tijd die nodig is om ingangssignalen
te verwerken door audiosoftware en
hoorbaar te maken.