- NIET op vingers, die dik zijn en als gevolg daarvan niet zonder moeite in het appa-
raat kunnen worden gestoken (vingertopje: breedte ca. > 20 mm, dikte ca. >15 mm).
- NIET op vingers met anatomische afwijkingen, oedemen, littekens of brandwonden.
- NIET op vingers met een te geringe dikte en breedte, zoals bij kleine kinderen het
geval kan zijn (breedte ca. < 10 mm, dikte ca. < 5 mm).
- NIET bij patiënten die op de locatie onrustig zijn (bijv. trillen).
- NIET in de buurt van brandbare of explosieve gasmengsels.
Bij personen met problemen met de doorbloeding kan langer gebruik van de pulse-
oximeter pijn veroorzaken. Gebruik de pulse-oximeter daarom niet langer dan ca.
2 uur op een vinger.
Kijk tijdens de meting niet direct in de binnenkant van de behuizing. Het rode licht en
het onzichtbare infraroodlicht van de pulse-oximeter zijn schadelijk voor de ogen.
Als onderstaande aanwijzingen worden genegeerd, kunnen onjuiste metingen ontstaan
of kan de meting niet worden uitgevoerd:
NL/BE
163