De stelaandrijving regelt tijdens het ventileren de tempe-
ratuur, om verwarmingskosten te besparen. Ondertussen
verschijnt op het display het 'raam open'-symbool (
Zonder raamcontact: De stelaandrijving detecteert auto-
matisch een door ventilatie sterk dalende temperatuur. De
'raam open'-temperatuur en -tijd zijn instelbaar.
Met aangeleerd raamcontact: De temperatuur wordt la-
ger ingesteld, zolang het raam openstaat. De 'raam open'-
temperatuur is instelbaar.
Hou de menutoets langer dan 3 seconden ingedrukt.
•
Selecteer met het instelwiel het menupunt 'AEr'.
•
Bevestig met de OK-toets.
•
•
De temperatuur en tijd kunnen met het instelwiel worden
ingesteld. Bevestig vervolgens met de OK-toets.
Zonder aangeleerd raamcontact kan deze functie worden
•
gedeactiveerd door voor de tijd de waarde '0' in te stellen.
15. Offsettemperatuur instellen
Omdat de temperatuur aan de radiator wordt gemeten, kan
het op een andere plek in de ruimte kouder of warmer zijn.
Om dit te compenseren, kan een temperatuuroffset van
± 3,5 °C worden ingesteld. Wordt bijv. 18 °C gemeten in
plaats van de ingestelde 20 °C, dan dient een offset van -
2,0 °C te worden ingesteld.
Hou de menutoets langer dan 3 seconden ingedrukt.
•
Selecteer met het instelwiel het menupunt 'tOF'.
•
Bevestig met de OK-toets.
•
•
Verander de temperatuur met het instelwiel.
Bevestig met de OK-toets.
•
66
14. 'Raam open'-functie
).