Geprogrammeerde weergave (afspeellijst)
U kunt tot 20 tracks in een willekeurige volgorde samenstellen.
1. Druk tijdens de weergave- of stopmodus een keer PRoGRAM
(zie 78.14). op de display knippert "00".
2. Kies met
(zie 78.10) of
3. Sla de track op met PRoGRAM (zie 78.14). Het
programnummer wordt om een cijfer verhoogd en is kort te
zien in de display.
4. Herhaal stappen 1 en 2 om tot 20 tracks te programmeren.
5. Start de weergave van de tracks in de tevoren
geprogrammeerde volgorde door PLAY/PAUSE (zie 78.9) te
drukken.
6. U kunt de geprogrammeerde volgorde stoppen door SToP
(zie 78.12) te drukken.
7. Druk op PRoGRAM (zie 78.14) in de SToPmodus en daarna
PLAY/PAUSE (zie 78.9), om de weergave voort te zetten.
8. In de SToPmodus kunt u naar het drukken van PRoGRAM (zie
78.14) met
(zie 78.10) of
titels in het geheugen controleren.
9. om de programmering te wissen, open de CD-deur of schakel
de CD-player uit met VoL/oN (zie 78.17).
86
(zie 78.11) het gewenste nummer.
(zie 78.11) de geprogrammeerde
Karaoke-functie
Het toestel beschikt over twee gelijkwaardige microfonen.
• Schakel het toestel in door naar rechts te draaien aan de VoL/
oN-regelaar (zie 78.17).
• open de CD-deur (zie 78.4) door deze op te tillen aan de
uitsparing oPEN (zie 78.13). Leg een CD in, met de opdruk boven
op de spindelas en sluit de CD-deur.
• Start de weergave met PLAY/PAUSE (zie 78.9).
• Zet de oN/oFF schakelaar aan de microfoon in de positie oN (zie
78.5).
• Stel het volume van de microfoon in door te draaien aan de MIC
VoL-regelaar (zie 78.8).
• Nu kunt u zingen samen met de muziek van de CD.
Let erop dat u met de microfoon niet té dicht bij de
luidsprekers komt, om een terugkoppeling te
voorkomen (piepen in de luidsprekers). Hoe hoger het
geluidsniveau van de microfoon is ingesteld, hoe sneller u een
terugkoppeling krijgt.
87