Kennismaking met
het apparaat
De laatste bladzijde met de afbeeldingen
uitklappen. Deze gebruiksaanwijzing is
op meer dan één type van toepassing.
De uitrusting van de modellen kan
variëren.
Kleine afwijkingen in de afbeeldingen zijn
mogelijk.
Afb. !
1-5
Bedieningselementen
6
Vriesrooster
7
Diepvrieslade
8
Be- en ontluchtingsopening
Bedieningselementen
Afb. "
1
Temperatuurregelaar
Dient voor het instellen van
de temperatuur van
de diepvriesruimte.
2
Toets Aan/Uit
Om het hele apparaat in en uit
te schakelen.
3
Toets „super"
Om het supervriessysteem in en
uit te schakelen.
Brandt alleen als het
supervriessysteem
is ingeschakeld.
4
Alarmtoets
Om het alarmsignaal uit te
schakelen (zie hoofdstuk „Alarm
function").
5
Indicatie alarm
Brandt als het in
de diepvriesruimte te warm is.
De indicatie gaat uit wanneer
de diepvriesruimte de ingestelde
temperatuur heeft bereikt.
nl
73