Dit apparaat is ontworpen voor continu gebruik van 30
minuten, na deze 30 minuten dient U het apparaat voor
30 minuten uit te schakelen voordat U de volgende behan-
deling start.
Het apparaat vereist geen callibratie.
Aanpassingen aan het apparaat zijn niet toegestaan.
4. Reinigen en desinfecteren
Reinig het apparaat grondig en verwijder eventuele medicatie-
resten die achter zijn gebleven na de behandeling.
Gebruik een zachte droge doek met niet-schurende reinigingsmid-
delen om de compressor schoon te maken.
Zorg ervoor dat de interne onderdelen van het apparaat niet
in contact komen met vloeistoffen en dat de stekker uit het
stopcontact is gehaald.
Reinigen en ontsmetten van de accessoires
Volg zorgvuldig de instructies voor reiniging en desinfectie van de
accessoires, aangezien deze erg belangrijk zijn voor de werking
van het apparaat en het succes van de therapie.
Voor en na elke behandeling
Demonteer de vernevelaar 5 door de bovenkant tegen de klok in
te draaien en verwijder de medicijngeleidingskegel. Reinig de
onderdelen van de gedemonteerde vernevelaar: het mondstuk 7
en het neusstuk AL met kraanwater en dompel gedurende 5
minuten. minuten onder in kokend water. Zet de componenten
weer in elkaar en sluit deze aan op de luchtslangconnector,
schakel het apparaat in en laat het gedurende 10-15 minuten
werken.
Reinig de maskers en luchtslang met warm water.
Gebruik alleen koude desinfecterende vloeistoffen op
instructies van de fabrikant.
De luchtslang en masker nooit in kokend water houden.
5. Onderhoud, reinigen en vervangen
Alle losse onderdelen kunnen worden nabesteld bij uw lokale
distributeur of neem contact op met de Microlife-Service afdeling
(zie inleiding).
38
Vervanging van de vernevelaar
Vervang de vernevelaar 5 na een lange periode van inactiviteit,
in het geval van misvorming, breuk, of wanneer de kop van de
verdamper 5-a wordt belemmerd door opgedroogde medicatie,
stof, enz. Wij raden aan de vernevelaar te vervangen na een
periode van 6 maanden tot 1 jaar afhankelijk van gebruik.
Gebruik alleen originele vernevelaars!
Vervanging van het luchtfilter
Onder normale gebruiksomstandigheden, moet het luchtfilter AM
ongeveer na 200 werkuren of na elk verstreken jaar worden
vervangen. Wij raden aan het luchtfilter periodiek te controleren
(10 - 12 behandelingen) en als het filter een grijze of bruine kleur
toont of nat is, te vervangen. Verwijder het filter en vervang het
door een nieuw exemplaar.
Probeer niet om het filter voor hergebruik te reinigen.
Het luchtfilter niet uitnemen wanneer deze in gebruik is
door een patiënt.
Gebruik alleen originele filters! Gebruik het apparaat niet
zonder filter!
6. Problemen en mogelijke oplossingen
Het apparaat kan niet worden aangezet
Zorg ervoor dat de netstroomkabel 2 correct in het stopcontact
is geplaatst.
Zorg ervoor dat de AAN/UIT knop 3 in stand «I» staat.
Zorg ervoor dat het apparaat functioneert binnen de in deze
handleiding aangegeven grenzen (30 minuten AAN /
30 minuten UIT).
De vernevelaar werkt niet optimaal of helemaal niet
Zorg ervoor dat de luchtslang 6 aan beide uiteinden correct is
aangesloten..
Zorg ervoor dat de luchtslang niet afgekneld, vuil of verstopt is.
Wanneer nodig kan de luchtslang worden vervangen.
Zorg ervoor dat de vernevelaar 5 volledig is gemonteerd en
dat de gekleurde verstuiver 5 correct is geplaatst en niet wordt
belemmerd.
Zorg ervoor dat de juiste medicatie is toegevoegd.