Controleer het apparaat, het netsnoer en de netstekker vóór
■
elke ingebruikname op beschadigingen. Gebruik het apparaat
alleen als het goed functioneert.
Voer geen veranderingen uit aan het apparaat. Vervang het
■
netsnoer niet zelf. Wanneer het apparaat, het netsnoer of de
netstekker van het apparaat zijn beschadigd, moeten deze door
de fabrikant, klantenservice of een geautoriseerde vakhande-
laar worden vervangen om gevaren te voorkomen.
Nooit verder gaan dan de maximale vulhoeveelheid (12 kopjes).
■
Is het waterreservoir te vol, dan kan de kan overlopen.
Dompel het apparaat, het netsnoer en de netstekker nooit in
■
water of andere vloeistoffen, en zorg ervoor dat deze onderde-
len niet in het water kunnen vallen of nat kunnen worden.
De stroomtoevoer naar het apparaat moet altijd worden onder-
■
broken als het niet onder toezicht staat, wanneer het waterreser-
voir wordt gevuld resp. geleegd of gereinigd.
Beslist de aanwijzingen in het hoofdstuk 'Reinigen en onderhoud'
■
in acht nemen.
GEVAAR – Gevaar voor een elektrische schok
■
Gebruik het apparaat uitsluitend in gesloten ruimten.
■
Gebruik het apparaat niet in ruimten met een hoge luchtvochtigheid.
■
Onderbreek onmiddellijk de stroomtoevoer als het apparaat in het water valt. Pro-
beer niet om het apparaat uit het water te trekken, terwijl het is aangesloten op het
stroomnet!
■
Raak het apparaat, het netsnoer en de netstekker nooit aan met vochtige handen
wanneer deze onderdelen zijn aangesloten op het stroomnet.
■
Erop letten dat de uittredende stoom niet direct wordt gericht op elektrische appara-
ten en installaties die elektrische onderdelen bevatten.
WAARSCHUWING – Brandgevaar
■
Gebruik het apparaat niet in ruimten waarin zich licht ontvlambare of explosieve sub-
stanties bevinden. Gebruik het apparaat nooit in de buurt van een gasbron.
■
Sluit het apparaat niet samen met andere apparaten (met een hoog stroomverbruik)
aan op een meervoudige contactdoos om overbelasting en eventuele kortsluiting
(brand) te voorkomen.
■
Gebruik het apparaat niet in de buurt van brandbaar materiaal. Leg geen brandbare
materialen (bijv. karton, papier, hout, kunststof) in het apparaat.
■
Dek het apparaat niet af tijdens de werking.
■
Bij brand: blus niet met water! Doof vlammen met een vuurvaste deken of een ge-
schikte brandblusser.
39
NL