Toolland FT 15 Mode D'emploi page 4

FT 15

Plaats de gasfles achter het toestel op
een stabiele ondergrond. Plaats de
gasfles nooit voor het toestel.

Controleer of de vermelde druk van de
ontspanner en de darm overeenkomt met
de op het typeplaatje vermelde
specificaties.

Zorg ervoor dat de darm niet geplooid is.

Verbind de darm en ontspanner met de
gasfles. Let op dat u de onderdelen goed
met elkaar verbindt.

Verbind de darm met het toestel. Let
eveneens op dat u de onderdelen goed
met elkaar verindt.

Steek de stekker in het stopcontact.
5.2 Inschakelen

Steek de stekker in het stopcontact
vooraleer het toestel in te schakelen.

Druk op de aan-/uitschakelaar en laat de
ventilator gedurende 30 seconden
draaien. Dit om te controleren dat de
ventilator goed werkt en om de laatste
restjes gas te verwijderen uit het toestel.

Open voorzichtig de gaskraan op de
gasfles. Wees zeker dat er geen gaslek is.

Druk op de automatische gascontrole-
knop en houd deze ingedrukt. Druk
verschillende malen op de piezo-knop
totdat de brander in werking treedt.

Nadat de brander in werking is getreden,
dient u de gascontrole-knop nog zo'n 5
seconden ingedrukt te houden. Laat
vervolgens los, de brander blijft
ingeschakeld.
5.3 Uitschakelen

Om het toestel uit te schakelen, dient u
de gaskraan eerst dicht de draaien.

Laat de ventilator nog minstens 2
minuten draaien om het toestel
voldoende af te koelen.

Schakel de ventilator uit en trek de
stekker uit het stopcontact.
5.4 Heropstarten

Draai de gaskraan van de gasfles
voorzichtig dicht. Trek de stekker uit het
stopcontact.

Wacht 5 minuten.
www.toolland.eu

Volg de stappen van de voorbereidingen
(zie 5.1) om het toestel weer in te
schakelen.
6. ONDERHOUD

Vooraleer elk onderhoud moet u het
toestel uitschakelen. Wacht totdat het
toestel volledig is afgekoeld.

Gebruik een vochtige doek om de
buitenkant van het toestel schoon te
maken. Gebruik geen schuurmiddelen of
bijtende producten. Gebruik geen water
en ontvlambare materialen.

Controleer het toestel regelmatig op stof
en vuil.

Controleer regelmatig de staat van de
leidingen. Bij het vervangen van de een
gasfles is het noodzakelijk om de
onderdelen goed te inspecteren.

Let op dat u tijdens het onderhoud
onderdelen van het toestel zoals het
oppervlak van de brander, de leidingen,
enz. niet beschadigd.

Laat uw toestel jaarlijks inspecteren door
een professioneel persoon.

Indien u het toestel voor een langere
periode niet gebruikt, dient u volgende
instructies in acht te nemen:
- Sluit de gasfles af en verwijder de
drukregelaar van de gasfles.
- Bewaar de gasfles in een goed
verluchte kamer, ver weg van
ontvlambare en explosieve
materialen. Bewaar gasflessen nooit
op zolder of in de kelder.
- Bewaar het toestel op een droge plek
beschermd tegen stof en vuil. Het is
steeds handig om de oorspronkelijke
verpakking bij te houden en het
toestel hierin te bewaren.
7. MILIEU
Als uw toestel na verloop van tijd aan
vervanging toe is, geef hem dan niet met het
huisvuil mee, maar zorg voor een milieu-
vriendelijke verwerking.
8. GARANTIE
Voor de garantiebepalingen van dit toestel
wordt verwezen naar de bijgeleverde
garantievoorwaarden.
Nederlands
4