Als u de functie instelt, kunt u de pan
verwijderen.
Als de tijd verstreken is, klinkt er een signaal
en knippert
. Tik op
te schakelen.
Voor het uitschakelen van de functie raakt u
aan. De aanduidingen
branden. Gebruik
display in te stellen.
De functie heeft geen invloed op
de werking van eender welke
kookzone.
5.8 Pauze
Deze functie stelt alle kookzones in die op de
laagste warmte-instelling werken.
Wanneer de functie actief is, kunnen de
symbolen
,
of
Druk op
om de functie te activeren.
De warmte-instelling wordt verlaagd naar 1.
Om de functie uit te schakelen: druk op
De vorige kookstand gaat aan.
5.9
Blokkering
U kunt het bedieningspaneel vergrendelen
terwijl de kookplaat in werking is. Hiermee
wordt voorkomen dat de kookstand per
ongeluk wordt veranderd.
Stel eerst de kookstand in.
Tik op
om de functie in te schakelen.
Als u de functie wilt deactiveren, houdt u
ingedrukt.
Als u de kookplaat uitzet, stopt u
deze functie ook.
5.10 Kinderbeveiligingsinrichting
Deze functie voorkomt dat de kookplaat
onbedoeld wordt gebruikt.
Schakel eerst de kookplaat in, maar stel
geen kookstand in.
Raak
aan totdat u het geluid hoort en de
indicator oplicht om de functie te activeren.
om het signaal uit
en
gaan
of
om
op het
worden gebruikt.
De regelbalken verdwijnen. Schakel de
kookplaat uit.
Als u de kookplaat uitschakelt, is
de functie nog steeds actief.
Om de functie gedurende één kooksessie
te deactiveren: Schakel de kookplaat in met
.
gaat branden. Raak
het geluid hoort en de indicator uit gaat. De
regelbalk verschijnt. Stel de warmte in binnen
50 seconden.U kunt de kookplaat bedienen.
Als u de kookplaat uitschakelt met
functie nog steeds actief.
Om de functie permanent te deactiveren:
activeer de kookplaat en stel geen kookstand
in. Raak
totdat u een geluid hoort en de
indicator uit gaat. De regelbalken
verschijnen. Schakel de kookplaat uit.
5.11 OffSound Control (De geluiden
in- en uitschakelen)
Schakel eerst de kookplaat uit.
1. Raak
3 seconden aan om de functie
.
in te schakelen.
Het display gaat aan en uit.
2. Raak
3 seconden aan.
of
gaat aan.
3. Raak
van de timer aan om één van
het volgende te kiezen:
•
- de signalen zijn uit
•
- de signalen zijn aan
4. Om uw keuze te bevestigen moet u
wachten tot de kookplaat automatisch
uitschakelt.
Als de functie op
geluiden alleen horen als:
• u aanraakt
• Kookwekker naar beneden komt
• Timer met aftelfunctie naar beneden komt
• u iets op het bedieningspaneel plaatst.
5.12 Stroommanagement
Als er meerdere zones actief zijn en het
verbruikte vermogen de limiet van de
stroomtoevoer overschrijdt, verdeelt deze
functie het beschikbare vermogen tussen alle
kookzones. De kookplaat regelt de warmte-
aan totdat u
is de
staat, kunt u de
NEDERLANDS
69