13. Controleer of de spanning op het typeplaatje
overeenkomt met de spanning die op het typeplaatje staat
van uw installatie. Als dit niet het geval is, neem dan contact
op met de dealer en sluit het apparaat niet aan.
14. Laat het apparaat nooit onbeheerd achter terwijl het in
bedrijf is.
15. Bewaar dit document bij de hand en geef het aan de
toekomstige eigenaar in geval van overdracht van uw
apparaat.
16. Het apparaat mag niet worden gebruikt als het is
gevallen, er zijn duidelijke tekenen van schade zichtbaar of
er zijn lekken.
Elektrische Veiligheid:
1. Gebruik alleen accu's en opladers die worden geleverd
door de fabrikant.
2. Nooit aanpassingen maken aan de lader op wat voor
manier ook.
3. De oplader is ontworpen voor een specifiek voltage. Altijd
controleren dat het voltage overeen komt met hetgeen op
het typeplaatje.
4. Een oplader die geschikt is voor een bepaald type accu
kan een risico op vuur creëren bij gebruik van een ander
type accu.
5. Voor gebruik, controleer de kabel van de oplader op
beschadigingen
of
ouderdom.
Een
beschadigde
of
verknoopte kabel verhoogt de risico op vuur en elektrische
schokken.
6. Misbruik de kabel van de lader niet.