• Gebruik altijd kookgerei met een
schone bodem.
• Krassen of donkere vlekken op de
oppervlakte hebben geen invloed op
de werking van de kookplaat.
• Gebruik een specifiek
schoonmaakmiddel voor het
oppervlak van de kookplaat.
• Gebruik een speciale schraper voor
de glazen plaat.
6.2 De kookplaat
schoonmaken
• Verwijder direct: gesmolten
kunststof, plastic folie, suiker en
suikerhoudend voedsel, anders kan
dit schade aan de kookplaat
7. PROBLEEMOPLOSSING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
7.1 Problemen oplossen
Storing
U kunt de kookplaat niet in-
schakelen of bedienen.
veroorzaken. Doe voorzichtig om
brandwonden te voorkomen. Gebruik
de speciale schraper op de glazen
plaat en verwijder resten door het
blad over het oppervlak te schuiven.
• Verwijder nadat de kookplaat
voldoende is afgekoeld: kalk- en
waterkringen, vetspatten en
metaalachtig glanzende
verkleuringen. Reinig de kookplaat
met een vochtige doek en een beetje
niet-schurend reinigingsmiddel.
Droog de kookplaat na reiniging af
met een zachte doek.
• Verkleuring glanzende metalen
verwijderen: reinig het glazen
oppervlak met een doek en een
oplossing van water met azijn.
Mogelijke oorzaak
De kookplaat is niet aange-
sloten op een stopcontact of
is niet goed geïnstalleerd.
De zekering is doorgesla-
gen.
U hebt twee of meer tiptoet-
sen tegelijk aangeraakt.
Pauze is in werking.
Er ligt water of er zitten vet-
spatten op het bedienings-
paneel.
NEDERLANDS
oplossing
Controleer of de kookplaat
goed is aangesloten op het
lichtnet. Raadpleeg het aan-
sluitdiagram.
Controleer of de zekering de
oorzaak van de storing is. Als
de zekeringen keer op keer
doorslaan, neemt u contact
op met een erkende installa-
teur.
Raak slechts één tiptoets te-
gelijk aan.
Raadpleeg "Dagelijks ge-
bruik".
Reinig het bedieningspa-
neel.
17