3. WATERAANSLUITINGEN (TEKENING 3A)
De hydraulische installatie moet voldoen aan de geldende landelijke en
lokale voorschriften, de Europese norm EN1717 en Belgaqua.
3.1
Zie ook hoofdstuk 1. Monteer de kranen, kleppen, drukreduceerventiel
(indien nodig) volgens de volgorde in tekening 3. Verzeker U ervan, dat
de juiste stroomrichting volgens de pijlen op de respectievelijke kranen,
kleppen en ventielen, gehandhaafd wordt.
3.2
De KOUDWATER TOEVOER (1) is BLAUW gemarkeerd, de WARMWATER
UITGANG (6) is ROOD gemarkeerd.
3.3
Het is aan te bevelen om een afsluiter in de koudwatertoevoer te monteren.
3.4
Een overstort (3) moet via een trechter aangesloten worden op het
expansieventiel van de boiler (zie tekening 3). Monteer ook, bij voorkeur,
een aftapkraan: deze kraan dient gemonteerd te worden tussen de boiler en
de veiligheidsgroep.
Tekening 3a
Tekening 3 – Legende
1 Koudwatertoevoer
2 Veiligheidsgroep 7 bar
3 Overstort
4 Toevoer primaire kring (CV)
5 Terugvoer primaire kring (CV)
6 Warmwater uitgang
7 Afsluitkraan
20