Wanneer op een andere manier gebruik wordt gemaakt van dit apparaat als hier in deze handleiding is beschreven
kan dit leiden tot gevaarlijke straling !!!
Cd speler Functies :
1. Aan/Uit Schakelaar- Het Aan/Uit zetten van de speler. (Schakel deze eerst aan voordat de versterker wordt
ingeschakeld)
2. JOG WIEL
M.b.v. het jog wiel kunt u scratch effecten creëren door snel voorwaarts en terug te spoelen in een track en u
kunt ook de playback snelheid te veranderen. Hoe sneller u aan het jog wheel draait, deste sneller wordt in
de track heen – en terug gegaan; u kunt het jog wheel in pauze mode gebruiken om snel de tracks door te
gaan om een beginpunt te creëren. In playback mode kunt u de afspeelsnelheid veranderen door het
jogwheel heen en weer te draaien.
3. REVERSE
Druk deze toets om de track omgekeerd aftespelen, druk nog een keer om deze functie uit te schakelen.
4. BRAKE
In play mode, wanneer u eerst op de brake toets drukt, wordt de track gestart met een snelheid dat
langzameris dan bij normaal afspelen. Wanneer u het afspelen van de track stopt, zal de afspeelsnelheid
minder worden voordat het afspelen helemaal stopt.
5. TIME
Gebruik deze toets om te kunnen selecteren tussen tijdsinstellingen: verstreken tijd, nog te spelen tijd of
totaal te spelen tijd. (Bij MP3 files wordt de totale te spelen tijd van de CD niet weergegeven, afhankelijk van
het model)
6. LOOP IN
DRUK DEZE TOETS OM EEN SEAMLESS (NAADLOZE) LOOP IN TE STELLEN EN GEBRUIK
HIERVOOR TOETSEN 6-7 EN 8.
7. LOOP OUT
Gebruik deze toets om het eindpunt van de seamless loop in te stellen en u start de loop. Om de loop te
beëindigen drukt u nogmaals op de toets.
8. RELOOP
Druk deze toets om de laatste opgeslagen loop af te spelen. Om uit de loop te gaan drukt u nogmaals de
toets.
9. SKIP <<
Met toets 11 kunt u kiezen tussen Folder en Track. In Folder-mode schakelt u met deze toets terug naar de
vorige folder; in Track-mode schakelt u terug naar de vorige tracks. Houd de toets meer dan 1 seconde vast,
dan bladert u dubbel snel terug.
10. SKIP >>
Met toets 11 kunt u kiezen tussen Folder en Track. In Folder-mode schakelt u met deze toets verder naar de
volgende folder; in Track-mode schakelt u verder naar de volgende tracks. Houd de toets meer dan 1
seconde vast, dan bladert u dubbel snel verder.
11. FOLDER /TRACK
Hiermee kunt u schakelen tussen Folder- en Track Mode (zie 9 en 10).
12. CUE
Als u op de CUE toets drukt tijdens play mode gaat de speler terug naar de positie tijdens het starten en
gaat in pauze mode. Bij het ingedrukt houden van CUE gaat de speler vanaf dit punt afspelen; wanneer de
CUE toets wordt losgelaten gaat de speler terug naar het beginpunt. Dus in pauze mode kunt u het
JOGWIEL gebruiken om een nieuw cue punt in te stellen.
13. PLAY/PAUSE
Iedere keer als u op PLAY/PAUSE drukt, gaat de speler van play naar pauze en vice versa. In pauze mode,
wanneer u op play drukt, wordt een nieuw cue point ingesteld m.b.v. het jog wiel.
14. EN 16. PITCH BEND –/+
De afspeelsnelheid gaat omlaag als de – toets wordt gedrukt en gaat terug naar de originele snelheid
wanneer de toets wordt losgelaten en vice versa voor de + toets.
15. PITCH
Pas als u deze toets indrukt kunt u gebruik maken van de pitch fader
17. DISPLAY LCD- Geeft de meest relevante instellingen en data weer.
18. CD Lade- Plaats de CD hierin (27). Gebruik de commerciele CDs of gebrande CDs op een zo laag mogelijke
snelheid.
BELANGRIJK!