Problemen oplossen
Probleem
Het is moeilijk om
het accupack uit het
gereedschap te verwijderen.
De machine maakt een
piepend geluid.
De maaikwaliteit neemt af of
is onbevredigend.
De machine maait
ongelijkmatig.
De machine trilt.
Afvoertunnel is verstopt.
Maaimachine is moeilijk
voort te duwen.
De zelfaandrijving van de
maaier werkt niet.
Gras in slechte toestand.
Aandrijving van mes kan niet
in-/uitgeschakeld worden.
Mogelijke oorzaak
1. Het accupack/gereedschap is nieuw of
er zit corrosie in de accucontacten en/
of de contacten op het gereedschap.
1. Het accupack is niet opgeladen.
2. De machine bevindt zich in een
onveilige positie voor gebruik.
3. De machine wordt te zwaar belast.
4. Er is een ander elektrisch
probleem met de machine.
1. Het mes is bot.
1. Het mes is bot.
2. Golvend grondoppervlak.
3. Het maaidek is beschadigd.
4. Wielen/rol beschadigd.
1. Het mes is gebogen of beschadigd.
2. Bevestigingsbout zit los.
3. Mesbout zit los.
4. Mes niet in balans.
5. Verbogen krukas.
1. Gras is vochtig.
2. Te lage maaistand.
3. Grasvanger vol.
4. Geen luchtstroming in de grasvanger.
1. Te lage maaistand.
2. Wielen/rol beschadigd.
1. Koppeling slecht afgesteld.
2. Aandrijfriem beschadigd.
1. Geen luchtstroming in de grasvanger.
2. Afvoertunnel is verstopt.
3. Nat gras.
4. Grasvanger vol.
1. Maaimesstopbeugel niet volledig naar voren. 1. Volledig naar voren drukken
1. Maak de contacten van de accu en het
gereedschap schoon. Breng dan diëlektrisch
smeervet aan op de contacten van de accu;
gebruik geen ander soort smeermiddel
omdat dit de contacten kan beschadigen.
1. Verwijder het accupack uit de
machine en laad het op.
2. Zorg ervoor dat de machine zich niet in een
extreme hoek bevindt terwijl u ze gebruikt.
3. Maai het gras met een hogere maaihoogte
of loop langzamer tijdens het maaien.
4. Probeer de andere probleemoplossende
acties. Als het alarm nog steeds
afgaat, moet u contact opnemen
met een erkende servicedealer.
1. Laat het mes slijpen of vervangen.
1. Laat het mes slijpen of vervangen.
2. Maairichting veranderen.
3. Neem contact op met een
erkende servicedealer.
4. Inspecteren of vervangen indien dit nodig is.
1. Controleer het mes en vervang
het indien nodig.
2. Bout vastdraaien.
3. Bout vastdraaien.
4. Mes balanceren.
5. Neem contact op met uw dealer.
1. Droog gras maaien.
2. Maaistand hoger zetten.
3. Grasvanger legen.
4. De grasvanger reinigen.
1. Te lage maaistand.
2. Slijpen of vervangen indien dit nodig is.
1. Stel koppelingskabel af.
2. Vervang aandrijfriem.
1. De grasvanger reinigen.
2. Verstopping verwijderen.
3. Droog gras maaien.
4. Grasvanger legen.
om uit te schakelen.
32
Remedie
NL