NL
Met het apparaat werken N
Bevestig de schouderriem aan het apparaat en
Î
draai deze om.
Houd het apparaat vast met de ene hand aan de
Î
handgreep en de andere hand aan de beugel-
greep.
Houd de zuig-/blaaspijp enkele centimeters boven
Î
de grond of beweeg hem op het transportwiel.
Loop langzaam en gecontroleerd voorwaarts.
Î
Opmerking m.b.t. het motortoerental
Gebruik voor licht materiaal een lager en
voor zwaar materiaal een hoger toerental.
Gebruik als blazer
Gebruik voor moeilijk te reinigen gebieden zoals bijv.
perken, struiken, bomen, hoeken van huizen, roos-
ters en hekken.
Maak bewegingen van de ene naar de andere
Î
kant.
Houd de verzamlede hoop vuil vóór u.
Î
Gebruik als zuiger
Voor moeilijk te reinigen gebieden zoals perken,
struiken en hoeken van huizen.
Maak zijdelingse bewegingen of gebruik het
Î
apparaat op het transportwiel om licht materiaal
te verzamelen. Bladeren en dunne takken worden
opgezogen en kleingemaakt. De opvangzak kan
zo meer materiaal opnemen.
Maak de volle opvangzak leeg.
Î
Apparaat uitschakelen M
Het apparaat wordt uitgeschakeld zodra u de aan-/
uitschakelaar op de handgreep 3 loslaat.
Maak de opvangzak leeg
WAARSCHUWING!
Gevaar van letsel of materiële schade.
¾ Schakel het apparaat uit voordat u
de opvangzak verwijdert of leegt en
verwijder de accu.
Leegmaken zonder verwijderen van opvangzak
Open de ritssluiting op de opvangzak.
Î
Leeg de opvangzak volgens de plaatselijke voor-
Î
schriften.
Sluit de ritssluiting.
Î
50
Leegmaken met verwijderen van de
opvangzak
O
Druk op de ontgrendeling van de opvangzak 1 .
Î
Verwijder de opvangzak 2 .
Î
Maak de bevestigingshaak van de opvangzak
Î
los 3 .
Open de ritssluiting op de opvangzak.
Î
Leeg de opvangzak volgens de plaatselijke voor-
Î
schriften.
Schud de opvangzak na het legen goed om stof
Î
en vuil uit het weefsel te verwijderen.
Sluit de ritssluiting en bevestig de opvangzak
Î
weer aan het apparaat.
Accu verwijderen P
Druk op de accu-ontgrendeling 1 .
Î
Verwijder de accu 2 .
Î
Onderhoud
WAARSCHUWING!
Gevaar van letsel of materiële schade.
¾ Onderhouds- en
reinigingswerkzaamheden aan het
apparaat mogen alleen worden
uitgevoerd als de motor is gestopt, de
blaas-/zuigturbine is gestopt en de accu
is verwijderd.
¾ Reparatie- en
onderhoudswerkzaamheden en het
vervangen van veiligheidselementen
alleen door een gekwalificeerd vakman
of door een gespecialiseerde werkplaats
laten uitvoeren.
Reiniging
De ventilatiesleuven schoon en stofvrij houden.
Î
Huis alleen met een vochtige doek afvegen.
Î
¾ Apparaat niet met water reinigen.
Let op!
Onderhoud