Voorbereiding
VOORZICHTIG
Verwondings- en beschadigingsgevaar door omvallen
van het apparaat.
Apparaat voor elke handeling op een effen oppervlak
leggen en tegen wegrollen beveiligen.
Afbeelding
Tuinslang of stijgleiding aansluiten:
Bij gebruik van een tuinslang, aansluitadapter in
het aansluitstuk schroeven.
Een extra afdichting is niet noodzakelijk.
Schoref een passend slangaansluitstuk op de aan-
sluitadapter.
Steek het slanguiteinde op het slangaansluitstuk
en bevestig met een slangklem.
Zet de slangklem met de pal (ca. 5 Nm) vast.
Afbeelding
Duw de houder vlotterschakelaar in de greepboring
tot hij vastklikt.
Afbeelding
Justeer de vlotterschakelaar.
De vlotterschakelaar kan gejusteerd worden om de
in- en uitschakelhoogte aan te passen.
Een vermindering van de afstand tussen de vlotter-
schakelaar en de houder zorgt ervoor dat de in- en
uitschakelhoogte kleiner worden.
Laat voldoende afstand zodat de vlotterschakelaar
vrij kan bewegen.
Bevestig de bevestigingskabel (niet meegeleverd)
op de greep.
Laat de pomp aan de bevestigingskabel in de
pompvloeistof neer.
Bevestigingskabel beveiligen.
Afbeelding
De maximale indompeldiepte (h1) is de waterdiepte
waarin de pomp nog geïnstalleerd kan worden. Het is in
de regel niet noodzakelijk om de pomp tot de maximale
indompeldiepte neer te laten.
De hoogte (h2) is het hoogteverschil tussen de water-
spiegel en de wateruitlaat aan het einde van de slang.
Opdat de pomp zou pompen, moet de max. hoogte ge-
respecteerd worden. Dat moet over het volledige pomp-
verloop in acht genomen worden, aangezien bij een da-
lende waterspiegel (door het wegpompen) de hoogte
stijgt.
Opdat de pomp zelfstandig zou aanzuigen, moet het
vloeistofniveau minstens 5 cm bedragen.
Netstekker in het stopcontact steken.
VOORZICHTIG
Droogloop beschadigt de pomp.
Laat de pomp tijdens het bedrijf niet zonder toe-
zicht.
Gebruik alternatief een droogloopbeveiliging of een
elektronische drukschakelaar met droogloopbevei-
liging (zie Bijzondere toebehoren).
De werkzaamheden beëindigen
Stekker uit het stopcontact trekken.
22
Gebruik
GEVAAR
Gevaar van stroomschok.Schakel het apparaat voor
alle instandhoudings- en onderhoudswerkzaamheden
uit en verwijder de netstekker.
Instructie:
Veroontreiniging kan zich vastzetten en functiestorin-
gen veroorzaken.
Spoel de pomp regelmatig met zuiver water.
Stekker uit het stopcontact trekken.
Reinig het aanzuigrooster met een geschikte bor-
stel en spoel het met zuiver water af.
Afbeelding
Schroef de aansluitadapter van de aansluitopening.
Verwijder de terugslagklep.
Schroef de aansluitadapter in de aansluitopening.
Sluit de tuinslang aan het leidingsysteem en de
pompadapter aan.
Spoel de pomp met zuiver water.
Terugslagklep monteren.
Let op een correcte positionering van de terugslag-
klep. Het opschrift "Up" moet naar boven wijzen.
Het apparaat is onderhoudsvrij.
VOORZICHTIG
Neem bij het transport het gewicht van het apparaat in
acht om ongevallen of verwondingen te vermijden.
Transport in voertuigen
Apparaat beveiligen tegen verschuiven en kantelen.
VOORZICHTIG
Neem bij de keuze van de opslagplaats het gewicht van
het apparaat in acht om ongevallen of verwondingen te
vermijden.
Berg het apparaat liggend op en beveilig het tegen
wegrollen.
LET OP
Vorst kan het onvolledig leeggemaakte apparaat ver-
nielen.
Maak het apparaat vóór de opslag volledig leeg.
Apparaat op een vorstvrije plaats bewaren.
– 2
NL
Reiniging
Onderhoud
Vervoer
Opslag