10
Afstanbesturing
Algemeen:
Korte beschrijving
De afstandsbesturing moet ongevallen door botsingen van snellere voertuigen op langzamere voertuigen voorkomen.
Een botsing op voertuigen met een bijna lege accu kan echter niet worden voorkomen.
Snelheden van de voertuigen
Opmerking:
A
Basisinstelling Houdtijd
De electronica voor de stopplaats
Wordt het langzamere voertuig door een sneller voertuig ingehaald, voordat deze de volgende afstand-stopplaats heeft
bereikt, dan moet de stoptijd worden verlengd.
Aanbeveling:
min. stoptijd
Werking:
B
Afstandsbesturing
De stopplaats
M ..
is bijv. verkeerstechnisch bij een zebrapad geïnstalleerd.
De slijpermagneet van het ervoor rijdende voertuig activeert via de sensor
De stoppplaats
M ..
is gedurende de tijd
Een
rode
lichtdiode (LED) in het besturingsapparaat brandt, als de stopplaats
De lengte van de actieve tijd
Als het erachter rijdende voertuig deze stopplaats
resterende tijd gestopt en het ervoor rijdende voertuig vergroot daardoor weer zijn afstand.
bij vlakke rijbaan en geladen accu:
Vrachtwagen, vrachtwagen met oplegger, tankwagen en bus rijden ca. 18 .. 21 cm / seconde
Personenvoertuig, kleine transportwagen rijden ca. 14 .. 17 cm / seconde
bij bijna ontlade accu moet de snelheid nogmaals met ca. 3 cm / seconde worden verminderd.
De snelheden van voertuigen op hellingen moeten individueel worden bepaald.
M ..
is op ca. 3 seconde stoptijd
per 1 meter rijafstand, tussen de afstand-stopplaatsen, moet met ca. 4 seconden worden gerekend.
z.B.:
Stel de rijafstand = 2 meter, dan is de
stoptijd = 8 seconden (2 x 4 seconden)
Gerelateerd aan de rijafstand die door vrachtwagens en personenwagens / bussen
samen wordt gebruikt.
T ..
(3 .. 35 seconden) actief.
T ..
kan met P1 (P2) aan de electronica worden ingesteld.
M ..
binnen de ingestelde tijd
T..
ingesteld (bij levering).
S ..
de electronica en daardoor de stopplaats
M ..
actief is.
T ..
bereikt, dan wordt het voor de nog
M..
.