Bediening
Batterijen vervangen
Voorkom stroomschokken: Maak de meettang los van het te
testen object en schakel hem uit voordat u de achterkant eraf
neemt.
Werkwijze
|
Als de werkspanning van de
batterij te laag wordt, verschijnt op
het lcd-display het batterijsymbool;
de batterij moet dan worden
vervangen.
|
Zet de Bereik-schakelaar op 'OFF'.
|
Trek het rubberen holster eraf en
draai de borgschroef (A) aan de
achterkant met een
schroevendraaier los. Neem lege
batterijen eruit en vervang ze door
twee nieuwe knoopcellen van het
type 1,5 V SR 44/LR 44.
|
Zet de afdekking met de schroef
vast en zet het rubberen holster
weer erop.
Batterijen behoren niet thuis bij het huisvuil. Ook in uw
buurt bevindt zich een inzamelingspunt!
A
110