Gardol GMSH 40+ Manuel D'instructions page 86

B
C
A
Fig. 10
Afb. 10
SMERING VAN DE ZAAGKETTING /
GELEIDER
Voldoende smering van de zaagketting is te allen
tijde van essentieel belang om wrijving aan de
geleider te minimaliseren.
Laat nooit de olie voor de geleider en ketting
opraken. De zaag met te weinig olie laten werken,
zal de werkzaamheid van de zaag en de levensduur
van de zaagketting doen afnemen, en snel bot
raken van de ketting en bovenmatige slijtage van
de geleider door oververhitting veroorzaken. Te
weinig olie wordt merkbaar door rookontwikkeling,
verkleuring van de geleider of opbouw van zwarte
aanslag.
ALGEMENE ZAAGINSTRUCTIES
VELLEN
Vellen is de benaming voor het omzagen van
een boom. Kleine bomen met een diameter tot
15 - 18 cm (6 - 7 inch) worden gewoonlijk in één
enkele zaagbeweging doorgezaagd. Grotere bomen
vereisen kerfsnedes. Kerfsnedes bepalen de
richting waarin de boom gaat omvallen.
EEN BOOM VELLEN:
WAARSCHUWING:
vluchtweg (A) worden gepland en indien nodig
vrij gemaakt voordat met de zaagsneden wordt
begonnen. De vluchtweg moet zich naar achteren
en diagonaal ten opzichte van het uiteinde van de
verwachte vallijn uitstrekken, zoals afgebeeld in
Afb. 11A.
LET OP:
Als de boom op hellende grond
wordt geveld, moet de gebruiker van de kettingzaag
op het hogerliggende terrein blijven, aangezien
de boom nadat deze is gekapt, waarschijnlijk
heuvelafwaarts rolt of glijdt.
OPMERKING: De richting van de val (B) wordt
bepaald door de kerfsnede. Bepaal voordat u
zaagsnedes aanbrengt, de plaats van grotere
takken en de natuurlijke overhelling van de boom,
om te bepalen hoe de boom gaat omvallen
the tree will fall.
B
A
Fig. 11A
Afb. 11A
WAARSCHUWING:
Zaag een boom
niet om tijdens harde of veranderlijke wind of als
het een gevaar voor bebouwing of grond oplevert.
Win advies in van een boomspecialist. Zaag een
boom niet om als er een gevaar optreedt van het
raken van hoogspanningsleidingen; waarschuw het
distributiebedrijf voordat u een zaagsnede aanbrengt.
OPMERKING: De zaagketting rekt uit tijdens
gebruik, vooral wanneer deze nieuw is, en zal af en
toe moeten worden bijgesteld en aangespannen.
Een nieuwe ketting moet na ongeveer 5 minuten in
bedrijf worden bijgesteld.
AUTOMATISCHE OLIEGEVER
Uw kettingzaag is uitgerust met een door de
koppeling aangedreven automatisch smeersysteem.
De oliegever voert automatisch de juiste hoeveelheid
olie toe naar de geleider en de ketting. Naarmate het
motortoerental toeneemt, neemt ook de oliestroom
naar het geleiderkussen toe. De oliestroom hoeft
niet te worden bijgeregeld. Het oliereservoir zal
ongeveer op hetzelfde moment opraken als de
brandstofvoorraad.
WAARSCHUWING:
op de zaag wanneer het einde van de zaagsnede
bijna is bereikt. De druk kan ertoe leiden dat de
geleider en ketting weg gaan draaien. Als de
roterende ketting tegen een of ander voorwerp aan
komt, kan een reactiekracht ertoe leiden dat de
bewegende ketting de gebruiker raakt.
ALGEMENE RICHTLIJNEN VOOR HET
VELLEN VAN BOMEN:
Gewoonlijk
hoofdzaagbewerkingen: kerven (C) en de velsnede
(D) maken.
Begin met het maken van de bovenste kerfsnede
(C) aan de kant van de boom die naar de valrichting
(E) wijst. Zorg ervoor dat u de onderste zaagsnede
niet te diep in de stam maakt.
De kerf (C) moet diep genoeg worden om een
Er moet een
scharnier (F) te kunnen maken dat breed en dik
genoeg is. De kerf moet wijd genoeg zijn om zo lang
mogelijk richting aan de val van de boom te kunnen
geven.
WAARSCHUWING:
voor een boom waarin een kerf is aangebracht.
Maak de velsnede (D) vanaf de andere kant van de
boom en 3 - 5 cm (1,5 - 2,0 inch) boven de hoek van
de kerf (C) (Afb. 11B)
Zaag nooit helemaal door de stam. Laat altijd een
scharnier over. Het scharnier geleidt de boom.
Als de stam helemaal is doorgezaagd, bent u de
controle over de valrichting kwijt. Steek ruimschoots
voordat de boom instabiel wordt en begint te
bewegen een wig of velijzer in de zaagsnede. Dit zal
voorkomen dat de geleider in de velsnede vastloopt
als u de valrichting verkeerd hebt ingeschat. Zorg
ervoor dat er geen omstanders binnen het bereik
van de vallende boom zijn gekomen, voordat u deze
omver duwt.
- 85 -
Oefen geen druk uit
bestaat vellen uit 2
Begeef u nooit
Afb. 11B Fig. 11B