Normen, voorschriften
Algemene
veiligheidsinstructies
Veiligheidsinstructies
bij de montage
Technische gegevens LD 15
40
Normen, voorschriften /
Veiligheidsinstructies / Technische gegevens
Voor de installatie en het onderhoud zijn de volgende voorschriften en
veiligheidsinstructies in acht te nemen:
- VDE-voorschriften:
VDE 0100
Bepalingen voor het bouwen van sterkstroominstallaties met
nominale spanningen tot 1000V.
VDE 0105
Bedrijf van sterkstroominstallaties, algemene bepalingen
EN 60730
Veiligheid van machines; Elektrische uitrusting
- Werkzaamheden aan elektrische componenten resp. modules mogen alleen
door een elektrotechnicus overeenkomstig de elektrotechnische regelgevingen
(bijv. EN 60204, DIN VDE 0100/0113/0160) worden uitgevoerd.
- Er mogen geen werkzaamheden in de buurt van een ventilator die in bedrijf is worden
uitgevoerd. Door de lopende ventilator bestaat het gevaar van kwetsuren.
- Vóór het onderhoud aan een ventilator dient deze spanningsvrij te worden geschakeld en tegen
een opnieuw inschakelen worden beveiligd.
- Ter voorkoming van ongevallen mogen de ventilatorbladen niet worden gebogen. Nimmer de
ventilatorbladen met de hand tegenhouden en steek geen voorwerpen tussen de draaiende
bladen.
- Er is slechts één draairichting toegestaan en wel de luchtcirculatierichting naar beneden.
- BELANGRIJK: Bij wijzigingen qua gedrag tijdens het in werking zijn zoals vreemde geluiden,
trillingen, beschadigde of loszittende onderdelen dient de ventilator direct buiten gebruik te worden
genomen en de storing te worden opgelost.
- Voor het reinigen van een spanningsvrij geschakelde ventilator alleen een vochtige doek gebruiken.
- Voordat de plafondventilator wordt opgehangen moet de netleiding door middel van
een alpolige scheidingsinrichting spanningsvrij zijn geschakeld.
- De netleiding moet aan de geldende normen en VDE-voorschriften voldoen.
- De netspanning moet met de waarden op het typeplaatje overeenstemmen.
- Het plafond dient over een draagvermogen van 50kg/m² te beschikken.
- Bij het bepalen van de montageplaats dient erop te worden gelet dat er geen personen
en geen voorwerpen in de gevarenzone van de ventilator terecht kunnen komen.
- Teneinde een onbedoeld contact met de ventilatorbladen te voorkomen dient de
plafondventilator zodanig te worden opgehangen dat er tussen de bladen en de vloer
een afstand van ten minste 2,5m is gewaarborgd.
- De plafondventilator mag uitsluitend in ruimten worden geïnstalleerd waarvan de
max. ruimtetemperatuur niet hoger dan 40°C/50%r.v. zal zijn.
- De ventilator niet in de buurt van ontvlambare of explosieve stoffen of gassen
aanbrengen.
- De plafondhouder mag alleen met voor het betreffende soort plafond (beton, hout,
staal, ...) goedgekeurde bevestigingsmiddelen worden geïnstalleerd. De installateur
is verantwoordelijk voor het vakkundig installeren van de plafondhouder alsmede het
selecteren van de noodzakelijke montagehulpmiddelen.
Type
Aantal schoepen
Kleur
Diameter
Bouwhoogte
Luchtdebiet
Toerental
Bedrijfsspanning
Vermogensopname
Stroomopname max.
Beschermingsklasse
Geluidsvermogenniveau
Geluidsdrukniveau*
Totaal gewicht
* geluidsdrukniveau op 1m afstand.
Voor het monteren, het installeren en het gebruik van het toestel dienen de lokale en
landspecifieke normen, regelgevingen en voorschriften in acht te worden genomen!
LD 15
verkeerswit RAL 9016
cm
Ø 142
cm
m³/h
15.000
min
300
-1
230 V / 50 Hz
W
A
0,35
dB(A)
dB(A)
kg
9,5
3
69
75
---
60
52
3043820_201704