ÇGebruiksmogelijkheden
G ebruik met afvoerlucht
G e b r u i k s m o g e l i j k h e d e n
De aangezogen lucht wordt door de
vetfilters gereinigd en via een
buizensysteem naar de buitenlucht
afgevoerd.
Aanwijzing: De lucht mag niet worden afgevoerd in een
schoorsteen die wordt gebruikt voor afvoergassen van
apparaten bestemd voor het verbranden van gas of
andere brandstoffen (dit geldt niet voor
ventilatieapparatuur).
Komt de afvoerlucht terecht in een rook- of
■
afvoergasschoorsteen die niet in gebruik is, dan
dient u een vakbekwame schoorsteenveger te
raadplegen.
Wordt de afvoerlucht door de buitenmuur geleid,
■
dan raden wij u aan een telescoop-muurkast te
gebruiken.
Circulatiefunctie
De aangezogen lucht wordt door de
vetfilters en een actief koolfilter gereinigd
en weer teruggeleid naar de keuken.
Aanwijzing: Om geurtjes bij het gebruik van de
circulatiefunctie te voorkomen, dient u een actief
koolfilter te monteren. De verschillende manieren om
het apparaat met circulatielucht te gebruiken, vindt u in
de prospectus of kunt u navragen bij uw speciaalzaak.
Het daartoe benodigde toebehoren is verkrijgbaar bij
de speciaalzaak, de klantenservice of de Online-shop.
1Apparaat bedienen
A anwijzingen
A p p a r a a t b e d i e n e n
Om de functie te wijzigen hoeven de toetsen slechts
■
kort te worden aangetipt. Bij het te lang indrukken
van een toets wordt er geen functie geactiveerd.
Bij het indrukken van een toets klinkt ter bevestiging
■
een signaal.
Aanwijzing: Schakel de afzuigkap in zodra u begint
met koken en schakel hem pas enkele minuten na het
koken weer uit. Zo wordt de keukendamp het effectiefst
verwijderd.
Bedieningselementen
Met de afstandsbediening stelt u de verschillende
functies van uw apparaat in.
Aanwijzing: Voor de afstandsbediening heeft u de
volgende batterijen nodig: type 23AE 12 V. Zie voor het
inbrengen van de batterijen het hoofdstuk~ "Reinigen
en onderhouden" op pagina 33
Aanwijzing: Door hitte of indringend vocht kan de
afstandsbediening beschadigd raken. De
afstandsbediening nooit blootstellen aan veel hitte en
vocht.
Afstandsbediening
Bedieningstoetsen
Toelichting
Licht Aan/Uit/Dimmen
6
Interval-ventilatie
8
Naventilatie
9
Ventilatiestand verhogen
@
Ventilatiestand verlagen
A
Afstandsbediening verbinden met het apparaat
Wanneer het apparaat niet met de afstandsbediening
kan worden bediend, bijv. na het vervangen van de
batterijen, moet de verbinding tussen
afstandsbediening en apparaat opnieuw tot stand
worden gebracht.
Toets
ingedrukt houden.
@
1.
Apparaat aansluiten op de netspanning.
2.
Er klinkt een lang signaal.De afstandsbediening is
verbonden met het apparaat.
Aanwijzing: Klinkt er binnen 30 seconden geen
signaal, dan dient u de procedure opnieuw uit te
voeren.
Gebruiksmogelijkheden
nl
31