De afzuigventilatoren zijn gemaakt met
dubbele isolering (klasse II) en hebben
daarom geen aarding nodig.
De installatie moet worden voorzien
van een tweepolige schakelaar met een
afstand tussen de contacten van ten
minste 3 mm.
De elektrische kabel moet in de SILENT wor-
den ingevoerd via de kabelgeleider (4).
Eens de kabel is binnengebracht kan de
elektrische verbinding worden gemaakt
volgens de installatiefi che (2) van het
geinstalleerde model:
SILENT CZ DESIGN
Volg voor deze modellen volgende
schema's:
Fig.3- De afzuigventilator wordt inges-
chakeld met dezelfde schakelaar als de
verlichting.
Fig.4- De afzuigventilator wordt in-
geschakeld met een onafhankelijke
schakelaar.
SILENT-100 CZ DESIGN 12V
Volg voor deze modellen volgende
schema fi g.11.
SILENT CRZ DESIGN
Modellen met een aanpasbare timer. De
timer laat toe dat het apparaat gedu-
rende een bepaalde nalooptijd verder
functioneert, na het uitschakelen van de
schakelaar (fi g. 6).
In het schema van de fi guur 5 wordt
getoond hoe een apparaat met timer
wordt aangesloten bij het inschakelen met
dezelfde schakelaar als de verlichting.
Verdraai de potentiometer op de printplaat
voor het instellen van de timer (fi g. 8):
- Draai tegen de klok in om de ingestelde
tijd te verminderen (min. 1 minuut).
- Draai volgens de klok om de ingestelde
tijd te verhogen (max. 30 minuten).
SILENT CHZ DESIGN
Deze modellen zijn uitgerust met een
regelbare hygrostaat die instelbaar is
tussen de 60 en 90 %RV (relatieve vo-
chtigheidsgraad) en een nalooptijd tussen
de 2 en 20 minuten.
Bijzondere aanbevelingen:
Opdat de vochtigheidsmeting correct zou
zijn, moet het apparaat worden geinsta-
lleerd op een plaats met een voldoende
luchtcirculatie.
Pas de vochtigheidsinstelling niet aan
buiten de ruimte waar het apparaat is
geinstalleerd Als de vochtigheidsgraad
altijd hoger is dan 90% RV blijft de afzui-
gventilator continu ingeschakeld. Als de
vochtigheidsgraad altijd lager is dan 60%
RV schakelt de afzuigventilator nooit in.
Werking
Geval 1: Bij de automatisch werking (fi g.9)
schakelt het apparaat automatisch in als
de vochtigheidsgraad in de ruimte hoger
is dan de ingestelde waarde. Het apparaat
schakelt uit als de vochtigheidsgraad
onder de ingestelde waarde daalt en na
verloop van de op de timer ingestelde
nalooptijd.
Geval 2: Automatische werking met de
mogelijkheid het apparaat in te
schakelen met de lichtschakelaar (fi g.8).
De werking is zoals in het geval 1, maar
met de bijkomende mogelijkheid het
apparaat in te schakelen met de lichts-
chakelaar bij lagere vochtigheidsgraad in
de ruimte dan de ingestelde. In dit geval
blijft het apparaat na het uitschakelen van
de lichtschakelaar verder functioneren tot
de nalooptijd is verstreken.
21