nld
geplaatst en met de cilinderkopschroeven (8) vastgeklemd. Na het inschakelen
van de laser-boormiddenaanwijzer kan de boorstandaard met behulp van de
laserpunt exact op het gemarkeerde boormidden worden uitgelijnd en vastge-
klemd.
WAARSCHUWING
De laserstraal niet op de ogen richten!
2.8. Boorsjabloon ROLLER'S Boorstandaard T
Voor ROLLER'S Boorstandaard T kan een boorsjabloon (64, toebehoren art.-
nr. 183605) worden gebruikt, om het plugboorgat gemakkelijker te bepalen.
3. Werking
WAARSCHUWING
Netstekker in stopcontact steken. Telkens voor boorbegin de functie van de
veiligheidsschakelaar PRCD (19) testen. Daartoe toets RESET (17) indrukken,
de controlelamp (16) licht rood op (in bedrijf). Netstekker uitnemen, de contro-
lelamp moet uitgaan. Netstekker opnieuw in stopcontact steken en toets RESET
indrukken, de controlelamp licht rood op (in bedrijf). Toets TEST (18) indrukken,
de controlelamp moet uitgaan. Toets RESET (17) nogmaals indrukken, de
aandrijfmachine is nu bedrijfsklaar.
GEVAAR
Zijn de genoemde functies van de PRCD niet in orde, mag er niet geboord
worden! Levensgevaar!
Verschillende materiaaleigenschappen (beton, staal in beton, poreus of vast
metselwerk) vereisen verschillende en wisselende voortbewegingsdruk op de
diamantkernboorkronen. Andere invloeden komen voort uit verschillende
omvangssnelheid en grootte van de diamantkernboor kronen. In het bijzonder
bij handbediend boren is het onvermijdelijk, dat af en toe de machine in de
boring licht gekanteld wordt. Deze als voorbeeld genoemde factoren kunnen
ertoe leiden, dat de machine tijdens het boren overbelast raakt. In de regel zakt
het motortoerental hoorbaar terug, de diamantkernboorkroon kan echter ook
helemaal blokkeren. In het bijzonder bij handbediend boren komt het daarbij
tot draaimomentstoten, die de bediener moet opvangen.
WAARSCHUWING
Houdt er rekening mee, dat de diamantkernboorkroon kan blokkeren. Bij
handbediend kernboren bestaat dan het gevaar, dat de aan drijfmachine uit de
hand geslagen wordt.
Voor verlichting bij gebruik van de machine en ter voorkoming van schades
zijn ROLLER'S Centro S1, Centro S3, Centro S2/3,5 en Centro SR met een
multifunctie-elektronica en extra met een mechanische slipkoppeling uitgerust.
De multifunctie-elektronica heeft volgende functies:
● Aanloopstroombegrenzing en rustige aanloop voor gevoelvol aanboren.
● Begrenzing van onbelast toerental voor geluidsreducering en besparing van
motor en aandrijving.
● Overbelastingsregeling van de motor afhankelijk van de voortbewegingsdruk.
Voor overbelasting van de aandrijfmachine door te hoge voort gangsdruk op
de diamantkernboorkronen of door blokkeren, word de motorstroom en daarmee
het toerental van de aandrijfmachine tot een minimum gereduceerd. De
aandrijfmachine schakelt echter niet uit. Als de voortbewegingsdruk verminderd
wordt, stijgt het toerental van de aandrijfmachine weer. De aandrijfmachine
loopt bij deze voortgang, ook wanneer dit meermaals herhaald word, geen
schade op. Blijft echter toch ondanks reducering van de voortgangsdruk de
motor staan, dan moet de aandrijfmachine uitgeschakeld en de diamantboor-
kroon losgemaakt worden (zie 5.).
LET OP
De aandrijfmachine niet in- en uitschakelen om vastzittende diamant-kernboor-
kronen los te maken. De machine kan hierdoor defect raken (zie 5.1.).
3.1. Handbediend droogboren ROLLER'S Centro S1, Centro S3 en Centro SR
WAARSCHUWING
Handbediend alleen met gemonteerde tegenhouder werken (ongevalge-
vaar)!
VOORZICHTIG
Bij handbediend droogboren stoort de gemonteerde watertoevoervoorziening
(15), die daarom gedemonteerd dient te worden. De houder voor de wateraan-
sluiting dient met het deksel (14) te worden gesloten, omdat anders stof in de
machine kan binnendringen.
Gekozen diamantkernboorkroon op aandrijfspindel (11) van de aandrijf machine
schroeven en met de hand met een lichte draai vastzetten. Aandraaien met
steeksleutel is niet noodzakelijk. Aanboorhulp gebruiken (zie 2.4.1.). Aandrijf-
machine bij motorgreep (20) en bij tegenhouder (12) vasthouden en de
aanboorhulp in het centrum van de gewenste kernboring aanzetten. Aandrijf-
machine met schakelaar (21) inschakelen.
WAARSCHUWING
Schakelaar van de aandrijfmachine bij handbediend boren nooit vergren-
delen (ongevalgevaar)! Als de aandrijfmachine door een blokkerende diamant-
kernboorkroon uit de hand geslagen wordt, kan een vergrendelde schakelaar
niet meer ontgrendeld worden. De aandrijfmachine slaat dan ongecontroleerd
om en kan alleen maar door het uitnemen van de netstekker tot stilstand
gebracht worden.
Aanboren tot de diamantkernboorkroon ca. 5 mm geboord heeft.
All manuals and user guides at all-guides.com
3.2. Handbediend natboren ROLLER'S Centro S1, Centro S3 en Centro SR
3.3. Bevestigingsmanieren van de boorstandaards
3.3.1. Plugbevestiging in beton met slaganker (fig. 5)
3.3.2. Plugbevestiging in metselwerk met stutanker (ankerschalen) (fig. 6)
WAARSCHUWING
Netstekker uitnemen! Aanboorhulp eruit schroeven, indien nodig met steek sleutel
SW 19 losmaken. Stofafzuiging gebruiken (zie 2.4.2). Verder boren tot kern-
boring klaar is. De aandrijfmachine daarbij altijd vasthouden om draaimoment-
stoten veilig te kunnen opvangen (ongevalgevaar)! Op veilige stand letten.
Grotere kernboringen met boorstandaard doorvoeren.
Word bij droogboren ontstane stof niet afgezogen, dan kan de diamantkern-
boorkroon door oververhitting beschadigen. Bovendien bestaat het gevaar, dat
ruimteverdichtende boorstof de diamantkernboorkroon blokkeert. Moet er zonder
stofafzuiging gewerkt worden, dan moet er bij materiaal met fijne poriën de
diamantkernboorkroon indien mogelijk regelmatig teruggetrokken worden en
met lichte druk weer voortbewogen worden, zodat het boorstof uit de boorspleet
uitgestoten wordt.
LET OP
Gewapend beton uitsluitend natboren!
WAARSCHUWING
Handbediend alleen met gemonteerde tegenhouder werken (ongevalge-
vaar)!
Gekozen diamantkernboorkroon op aandrijfspindel (11) van de aandrijf machine
schroeven en met de hand met een lichte draai vastzetten. Aandraaien met
steeksleutel is niet noodzakelijk. Watertoevoervoorzie ning aansluiten (zie 2.5.).
Aanboorhulp gebruiken. (zie 2.4.1.). Aandrijf machine bij motorgreep (20) en
bij tegenhouder (12) vasthouden en de aanboorhulp in het centrum van de
gewenste kernboring aanzetten. Aandrijfmachine met schakelaar (21) inscha-
kelen.
WAARSCHUWING
Schakelaar van de aandrijfmachine bij handbediend boren nooit vergren-
delen (ongevalgevaar)! Als de aandrijfmachine door een blokkerende diamant-
kernboorkroon uit de hand geslagen wordt, kan een vergrendelde schakelaar
niet meer ontgrendeld worden. De aandrijfmachine slaat dan ongecontroleerd
om en kan alleen maar door het uitnemen van de netstekker tot stilstand
gebracht worden.
Aanboren tot de diamantkernboorkroon ca. 5 mm geboord heeft. Aanboorhulp
eruit schroeven, indien nodig met steeksleutel SW 19 losmaken. Waterdruk
van de watertoevoervoorziening (15) dermate instellen, dat matig maar constant
water uit het boorgat loopt. Te lage waterdruk, waarbij het afgevoerde materiaal
eerder papperig uit het boorgat loopt, is net zo nadelig voor de arbeidsvoortgang
en standtijd van de diamantkernboorkroon als te hoge waterdruk, waarbij het
spoelwater helder uit het boorgat loopt. Verder boren tot kernboring klaar is.
De aan drijfmachine daarbij altijd vasthouden om draaimomentstoten veilig te
kunnen opvangen (ongevalgevaar)! Op veilige stand letten. Grotere kernboringen
met boorstandaard doorvoeren.
GEVAAR
Erop letten dat bij werking geen water in de motor van de aandrijfmachine
komt. Levensgevaar!
Het wordt aanbevolen de boorstandaard zonder aandrijfmachine en boorkronen
te bevestigen. Met gemonteerde aandrijfmachine is de boorstandaard topzwaar.
Daardoor wordt de bevestiging bemoeilijkt.
Voor kernboringen in beton word de boorstandaard bij voorkeur met een slag-
anker (staalplug) bevestigd. Voortgang als volgt:
Het plugboorgat bij ROLLER'S Boorstandaard S 2 op een afstand van ca. 200
mm, bij ROLLER'S Boorstandaard T met spanhoek voor ROLLER'S Centro
S3 en Centro SR op ca. 250 mm, en bij ROLLER'S Boorstandaard T met Centro
S2/3,5 op ca. 290 mm van het midden van het kernboorgat markeren. Plug-
boorgat Ø 15 mm, boordiepte ca. 55 mm instellen. Boorgat schoonmaken,
slaganker (23) met hamer inslaan en met zetijzer (24) uitspreiden. Alleen
toegelaten slaganker (art.nr. 079005) gebruiken. Let op toe lating! Draadstang
(25) in slaganker schroeven en b.v. met in dwarsgat van de draadstang gestoken
schroevendraaier vastdraaien. De 4 stelbouten (5) van de boorstandaard zover
terugdraaien, dat ze niet uit de grondplaat steken. Boorstandaard met sleuf (7)
op draadstang positioneren, daarbij positie van gewenste kernboring in acht
nemen. Schijf (26) op draadstang monteren en snelspanmoer (27) met steek-
sleutel SW 30 vastdraaien. Alle 4 stelbouten (5) met steeksleutel SW 19
aan draaien om oneffenheden van het grondvlak te nivelleren. Erop letten dat
de contramoeren het vastdraaien van de stelbouten niet verhinderd. Bij behoefte
contramoeren vastdraaien. Met behulp van de 4 stelschroeven (5) en het nivel-
leerblok (56) kan de boorstandaard worden uitgelijnd voor het maken van een
loodrecht boorgat.
Voor kernboringen in metselwerk wordt de boorstandaard met een stut anker
(ankerschalen) bevestigd. Voortgangswijze als volgt:
Het plugboorgat bij ROLLER'S Boorstandaard S 2 op een afstand van ca. 200
mm, bij ROLLER'S Boorstandaard T met spanhoek voor ROLLER'S Centro
S3 en Centro SR op ca. 250 mm, en bij ROLLER'S Boorstandaard T met Centro
S2/3,5 op ca. 290 mm van het midden van het kernboorgat markeren. Plug-
boorgat Ø 20 mm, boordiepte ca. 85 mm instellen. Boorgat schoonmaken,
stutanker (28) met draadstang (25) in boor gat schuiven. Draadstang (25)
nld