3 Toepassingen
Het vierkanaalmengpaneel MPX-300/SW is geschikt
voor diverse professionele DJ-toepassingen of voor
gebruik thuis. Er kunnen maximaal vijf apparaten met
lijnniveau (b. v. cd-speler) worden aangesloten, en
maximaal twee platenspelers en een DJ-microfoon.
Met het apparaat kunt u alle geluidsbronnen via een
hoofdtelefoon voorbeluisteren (Pre Fader Listening).
Het mengpaneel kan gebruikt worden als alleen-
staande module of kan in een console ingebouwd wor-
den.
4 Het toestel aansluiten
Schakel het mengpaneel uit, alvorens toestellen aan
te sluiten resp. bestaande aansluitingen te wijzigen.
1) Sluit de stereogeluidsbronnen aan op de overeen-
komstige cinch-ingangsjacks van de kanalen 1 – 4
(witte jack LEFT = linker kanaal; rode jack RIGHT =
rechter kanaal):
- apparatuur met lijnniveau-uitgang (b. v. minidisk-
recorder, cd-speler, cassetterecorder) op de
jacks CD of LINE (22);
- platenspelers met magnetische cel op de jacks
PHONO (17). Verbind de massa-aansluiting van
de platenspeler met de betreffende klemschroef
GND (21) eronder.
2) Sluit een DJ-microfoon aan ofwel op de 6,3 mm-
jack DJ MIC (9) op het frontpaneel of op de 6,3 mm-
jack DJ MIC (18) aan de achterzijde van het toestel.
3) Sluit de versterker aan op de stereomasteruitgang
AMP (19).
4) Indien u geluidsopnames wenst te maken, sluit u
het opnametoestel aan op de stereo-uitgang REC
(20). Het opnameniveau is onafhankelijk van de
stand van de masterregelaar (1).
5) De ingangskanalen kunnen via een stereohoofd -
telefoon (impedantie ≥ 8 Ω) vóór de schuifregelaars
(12) worden beluisterd (PFL = Pre Fader Listening,
zie hoofdstuk 5.5 "De kanalen voorbeluisteren").
Sluit de hoofdtelefoon aan op de jack PHONES (10).
6) Verbind de netadapter met de jack (16) voor de
voedingsspanning (12 V~/1 A) en plug de stekker
in een stopcontact (230 V~/50 Hz).
5 Bediening
Om inschakelploppen te vermijden is het aanbevolen
de masterfader (1) in de minimumstand ("0") te
plaatsen. Schakel vervolgens met de POWER-scha-
kelaar (2) het mengpaneel in. De POWER-LED boven
de schakelaar licht op. Schakel vervolgens de aan-
gesloten apparatuur in.
Opgelet!
Stel het volume van de geluidsinstallatie en dat van
de hoofdtelefoon nooit zeer hoog in. Langdurige
blootstelling aan hoge volumes kan het gehoor
beschadigen! Het gehoor raakt aangepast aan hoge
volumes die na een tijdje niet meer zo hoog lijken.
Verhoog daarom het volume niet nog meer, nadat u
er gewoon aan bent geraakt.
All manuals and user guides at all-guides.com
Schakel het mengpaneel na gebruik weer uit met de
POWER-schakelaar. Wanneer u het mengpaneel lan-
gere tijd niet gebruikt, trek dan de netadapter uit het
stopcontact, omdat deze zelfs bij uitgeschakeld meng-
paneel toch een geringe hoeveelheid stroom verbruikt.
5.1 Basisinstelling van de ingangskanalen
Plaats eerst alle Gain-regelaars (6), klankregelaars (8)
en de crossfader (14) in de middelste stand.
Om de DJ-microfoon in te schakelen, klikt u de keu-
zeschakelaar MIC (13) van de linker stand "OFF"
(microfoon uit) in de middelste stand "ON" (LED boven
de schakelaar licht op). Schuif eerst de schakelaar
PAD (7) in de onderste stand.
Om een kanaal uit te sturen:
1) Selecteer met de keuzeschakelaar (5) de ingang,
waarop de geluidsbron is aangesloten.
2) Met behulp van de masterregelaar (1) wordt het
masterniveau van alle aangesloten geluidsbronnen
ingesteld. Plaats de regelaar in ca.
mumwaarde, b. v. in stand 7.
3) Stuur een geluidssignaal (testsignaal of muziek-
fragment) naar het kanaal. Schakel de apparatuur
uit die op de andere kanalen zijn aangesloten, resp.
zet ze in pauze.
4) Regel met de schuifregelaar (12) het kanaalniveau
af aan de hand van de LED-niveauweergave (3).
Een optimale uitsturing is bereikt, wanneer bij luide
passages niveauwaarden in het bereik van 0 dB
worden aangeduid. Wanneer de rode LEDʼs van de
LED-niveauweergave oplichten, is het kanaal over-
stuurd.
ca.
schuifregelaar bijna in de minimum- of maximum-
stand staat, dient het niveau ingesteld te worden
door de ingangsversterking af te regelen: Draai de
regelaar GAIN (6) van het kanaal overeenkomstig
dicht resp. open (indien nodig, kan de regelaar
GAIN ook helemaal in de stand "MIN" resp. "MAX"
worden gedraaid). Voor de DJ-microfoon die op
kanaal 1 is aangesloten, kunt u een te hoog
ingangsniveau met de schakelaar PAD (7) nog
eens met 10 dB dempen: schuif de schakelaar in de
bovenste stand.
5) Stel dan met de drie equalizers (8) van het kanaal
de gewenste klank in. Door de regelaars te ver-
plaatsen, kunt u de hoge tonen (regelaar HIGH), de
middentonen (regelaar MID) en de lage tonen
(regelaar LOW) versterken (max. 12 dB) resp. dem-
pen (max. 26 dB). In de middelste stand wordt de
frequentie van het signaal niet beïnvloed.
Opmerking: De instellingen van de klank beïnvloe-
6) Herhaal bovenstaande procedure om het niveau en
de klank in te stellen van de overige gebruikte
ingangskanalen.
De schuifregelaar moet na de niveauregeling op
2
/
van de maximumwaarde staan. Indien de
3
den het niveau. Controleer daarom na
een klankregeling het kanaalniveau
aan de hand van de niveauweergave
en corrigeer indien nodig.
NL
B
2
/
van de maxi-
3
17