Vouw bladzijde 3 helemaal open, zodat u steeds
NL
een overzicht hebt van de bedieningselementen
B
en de aansluitingen.
1 Overzicht van de bedieningselementen
en aansluitingen
1.1 Het frontpaneel
1 Niveauregelaar voor het mastersignaal op de uit-
gang AMP (19)
2 POWER-schakelaar (POWER-LED)
3 LED-niveauweergave voor het stereomastersignaal
4 Niveauregelaar voor het PFL-signaal op de hoofd-
telefoonuitgang PHONES (10)
5 Ingangskeuzeschakelaars voor de kanalen 1 – 4
6 Regelaars GAIN om de ingangsversterking in te
stellen voor de kanalen 1 – 4
7 Schakelaar PAD voor de microfooningang [(9) of
(18)] van kanaal 1: als de schakelaar omhoog is
geschoven, wordt het ingangsniveau van de DJ-
microfoon met 10 dB gedempt
8 3-bands equalizer voor de kanalen 1 – 4:
HIGH = hoge tonen, MID = middentonen,
LOW = lage tonen
9 6,3 mm-jack (ongebalanceerd) voor de aansluiting
van een DJ-microfoon; alternatief via de jack DJ
MIC (18) aan de achterzijde
10 6,3 mm-jack voor de aansluiting op een stereo -
hoofdtelefoon (impedantie ≥ 8 Ω)
11 Toetsen PFL (met controle-LEDʼs) voor de kanalen
1 – 4: om het betreffende kanaal voor te beluisteren
("Pre Fader Listening") via een hoofdtelefoon die is
aangesloten op de jack PHONES (10)
12 Niveauregelaars (schuifregelaars) voor de kanalen
1 – 4
13 Keuzeschakelaar (met controle-LED) voor een
aangesloten DJ-microfoon
linker stand ("OFF"), controle-LED uit
microfoon is uitgeschakeld
middelste stand ("ON"), controle-LED aan
microfoon is ingeschakeld
rechter stand ("TALKOVER"), controle-LED aan
automatische niveaudemping (16 dB) van de ka -
nalen 2 – 4 bij aankondigingen via de microfoon
14 Crossfader om te mengen tussen kanaal 2 en ka -
naal 3 of kanaal 4 [afhankelijk van de toets C.F.
ASSIGN (15)]
15 Toewijzingstoets C.F. ASSIGN voor de selectie van
kanaal 3 (toets niet ingedrukt) of kanaal 4 (toets
ingedrukt) voor de regelfunctie
1.2 Achterzijde
16 Aansluiting voor de voedingsspanning (12 V~/1 A)
via de bijgeleverde netadapter
17 Stereo-ingangen PHONO (cinch) voor de kanalen
2 en 3 om platenspelers met magnetische cel aan
te sluiten
16
All manuals and user guides at all-guides.com
18 6,3 mm-jack (ongebalanceerd) voor de aansluiting
van een DJ-microfoon; alternatief via de jack DJ
MIC (9) op het frontpaneel
19 Stereomasteruitgang (cinch) voor de aansluiting
van een versterker
20 Stereo-uitgang (cinch) voor de aansluiting van een
geluidsopnametoestel; het opnameniveau is onaf-
hankelijk van de positie van de masterregelaar (1)
21 Massaklemschroeven GND voor platenspelers die
op de kanalen 2 en 3 zijn aangesloten
22 Stereo-ingangen LINE en CD (cinch) voor de kana-
len 1 – 4 voor de aansluiting van apparatuur met lijn-
niveau-uitgangen (b. v. minidisk-recorder, cd-speler)
2 Belangrijke gebruiksvoorschriften
De apparaten (mengpaneel en netadapter) zijn alle-
maal in overeenstemming met de EU-Richtlijnen en
dragen daarom het
-kenmerk.
WAARSCHUWING De netspanning (230 V~) van de
netadapter is levensgevaarlijk.
Open het apparaat niet, want
door onzorgvuldige ingrepen
loopt u het risico van elektrische
schokken.
Let eveneens op het volgende:
G
Het mengpaneel en de netadapter zijn enkel ge -
schikt voor gebruik binnenshuis; vermijd druip- en
spatw ater, uitzonderlijk warme plaatsen en plaatsen
met een hoge vochtigheid (toegestaan omgevings -
temperatuurbereik: 0 – 40 °C).
G
Ook wanneer het mengpaneel is uitgeschakeld, ver-
bruikt de op het net aangesloten netadapter een
geringe hoeveelheid stroom.
G
Schakel het mengpaneel niet in en trek onmiddellijk
de netadapter uit het stopcontact,
1. wanneer het mengpaneel of de netadapter zicht-
baar beschadigd zijn,
2. wanneer er een defect zou kunnen optreden
nadat het toestel bijvoorbeeld gevallen is,
3. wanneer het toestel slecht functioneert.
De toestellen moeten in elk geval hersteld worden
door een gekwalificeerd vakman.
G
Verwijder het stof met een droge, zachte doek. Ge -
bruik zeker geen chemicaliën of water.
G
In geval van ongeoorloofd of verkeerd gebruik, ver-
keerde aansluiting, foutieve bediening of van her-
stelling door een niet-gekwalificeerd persoon vervalt
de garantie en de verantwoordelijkheid voor hieruit
resulterende materiële of lichamelijke schade.
Wanneer de apparaten definitief uit bedrijf
worden genomen, bezorg ze dan voor ver-
werking aan een plaatselijk recyclagebedrijf.