Télécharger Imprimer la page

Interlogix 60-660-8OM Quik Bridge Manuel D'installation page 22

Publicité

Les langues disponibles

Les langues disponibles

dat de toestand van één zender of een aantal zenders wordt
weergegeven. De Quik Bridge® is tevens uitgerust met 8
LED's die de actuele status van de geprogrammeerde
uitgangen weergeven.
De Quik Bridge® is uitgerust met de volgende voorzieningen:
8 programmeerbare zone-uitgangen (N/C of N/O). Deze
kunnen de zoneverstoring, sabotageaanduiding
weergeven voor alle zones, ontvangstcommunicatiestoring
/ -blokkering voor de NX Ontvanger en sabotage met de
kast voor de NX Ontvanger of Quik Bridge®
Uitgangsmodule.
8 zone-LED's die de gesloten en verstoringsstatus van de
zones aangeven.
NX bus voor de verbinding van de Quik Bridge® met de
NX Ontvanger en met een NX-148 LCD-bediendeel. Het
LCD-bediendeel wordt slechts tijdelijk gebruikt voor de
programmering en kan na het programmeren van de Quik
Bridge® weer worden afgekoppeld. Het controlepaneel
kan de Quik Bridge® van voeding voorzien. De DATA-lijn
mag NIET worden teruggekoppeld naar het
controlepaneel omdat dit schade kan veroorzaken aan uw
controlepaneel.
2 storings-LED's, die lage accuspanning,
controlestoringen, sabotagestoringsfouten aangeven, en
een spannings-LED die aangeeft of de Quik Bridge® van
voeding wordt voorzien.
Ingebouwd EEPROM-geheugen dat de zender-ID's en
programmeringsinformatie opslaat in een niet-vluchtig
geheugen wanneer de voeding wegvalt. Hierdoor zal de
programmeringsinformatie niet verloren gaan.
Zendercapaciteit
Alle huidige Learn Mode™ zenders (868,6 MHz en 433 MHz).
Op welke panelen kan ik deze Quik Bridge® toepassen?
De Quik Bridge® is te gebruiken in combinatie met
controlepanelen met bedrade zones waarbij de negatieve kant
van de zone geaard is, ook wel gemeenschappelijke
lusaarding genoemd.
De lusontvanger is niet rechtstreeks te gebruiken met
bekrachtigde lussen (2-dradige rookmelderlussen en
glasbreukdetectorlussen). Als de lus op het controlepaneel een
detector kan voeden, mag deze niet rechtstreeks worden
verbonden met de lusontvanger. Voor de verbinding met
bekrachtigde lussen is een relais noodzakelijk (zie Afbeelding
9-C).
Testen van de combinatie Quik Bridge® en het
Controlepaneel
Bij bedrade lussen is de negatieve (-) zijde van de lus
doorgaans gemeenschappelijk met de aarding. Als dit zo is en
de lus is niet bekrachtigd, moet de lus normaal compatibel zijn
met de ontvanger. Hoewel de meeste controlepanelen te
gebruiken zijn met de open collectoruitgangen van de Quik
Bridge®, moet elke lus op compatibiliteit worden getest
alvorens de Quik Bridge® uitgangen te verbinden met de
lusingangen van het controlepaneel. Als de Quik Bridge® niet
rechtstreeks te gebruiken is met een lus van het
controlepaneel, kan een relais worden gebruikt om dit toch tot
stand te brengen.
22 / 27
Om te controleren of de negatieve zijde van de lus
gemeenschappelijk is met de aarding van het controlepaneel,
sim achvoert u de volgende test uit:
1.
Verwijder de voeding van het controlepaneel.
2.
Meet met een ohmmeter de weerstand tussen de
negatieve zijde van de lus en de paneelaarding. Als de
weerstand nul of bijna nul is, moet deze lus normaal te
gebruiken zijn met de Quik Bridge®. Als de weerstand niet
gelijk is aan nul, is een relais noodzakelijk.
Doe deze test voor alle lussen die met de Quik Bridge®
moeten worden verbonden.
Overzicht van de werking van de Quik
Bridge®
De Quik Bridge® werkt in combinatie met de NX Ontvanger en
een Controlepaneel.
Er zijn 8 zenders geregistreerd op de NX ontvanger die via de
NX bus met de Quik Bridge® is verbonden. De signalen van de
zenders naar de NX Ontvanger worden via de bus
doorgestuurd en toegewezen aan de uitgangen op de Quik
Bridge®. De uitgangen op de Quik Bridge® worden
geprogrammeerd met de events die naar de ingangen op het
controlepaneel moeten worden gestuurd. De 8 uitgangen op
de bus worden naar de 8 ingangen op het controlepaneel
bedraad (zie Afbeelding 2).
Uitgangen
De Quik Bridge® Uitgangsmodule werkt met
opencollectortransistoren via de RF868 Ontvanger voor de
zone- en storingsuitgangen (zie Afbeelding 3). De uitgangen
kunnen open (hoge impedantie) of gesloten (verbonden met de
"-") zijn, hetgeen via de programmering kan worden
geconfigureerd als normaal gesloten (N/C) of normaal open
(N/O). Elke uitgang kan naar het controlepaneel worden
bedraad.
LED-Indicatoren
De ontvanger is voorzien van 11 LED's: 8 zone-LED's
(onderste rij), een Spannings-LED, een LED voor Lage Batterij
en een Controle-LED (zie Afbeelding 4).
Spannings-LED-aanduidingen
Tabel 1 geeft een overzicht van de spannings-LED-
aanduidingen. De spannings-LED gaat branden zodra de Quik
Bridge® wordt gevoed en de zelftests zijn uitgevoerd. Als de
zelftests van de Quik Bridge® mislukken, gaat de spannings-
LED niet branden.
Tabel 1: Spannings-LED-aanduiding
Spannings-LED
Betekenis
Brandt
Spanning Quickbridge aanwezig.
Uit (en alle andere
De Quickbridge heeft geen voedingsspanning.
LED's uit)
LED-aanduidingen voor storingen
De LED's geven 4 toestanden aan: verstoring, lage batterij,
controlestoring en sabotage-storing. Bij normale werking wordt
alleen Toestand 1 aangeduid. Zodra er een ongewone
toestand optreedt, geven de LED's achtereenvolgens
P/N 466-2488 • REV A • ISS 02JUL13

Publicité

loading