6. Gebruiksaanwijzing
1. Druk op de voorkant van het instrument op de knop
geactiveerd en geeft gedurende 2 seconden alle segmenten weer.
2. De laatste opgenomen temperatuur wordt automatisch 3 seconden met de aanduiding 'M'
weergegeven.
3. Wanneer het pictogram °C (of °F) begint te knipperen, hoort u een pieptoon. Dit betekent
dat de thermometer klaar is voor gebruik.
4. Druk één keer op de knop
en laat deze weer los. Begin het instrument gelijkmatig
te verplaatsen van 1,25 cm boven het midden van de wenkbrauw tot 1,25 cm boven het
uiteinde van de wenkbrauw en weer terug. U hoort na 3 seconden een lange pieptoon
die aangeeft dat de meting klaar is. Als u de sonde te langzaam verplaatst en u hebt het
uiteinde van de wenkbrauw niet bereikt voor u de lange pieptoon hoort, herhaalt u de
meting vanaf stap 4 zoals hierboven is beschreven, en beweegt u de sonde deze keer iets
sneller.
5. Lees de gemeten temperatuur af op het LCD-scherm.
Neem het volgende in acht om onnauwkeurige metingen te voorkomen:
• Patiënten moeten zich ten minste 30 minuten in een ruimte met stabiele kamertemperatuur bevinden.
• Neem het meetinstrument pas weg van de meetplaats nadat u de laatste pieptoon hebt gehoord.
• Neem geen temperatuur op tijdens of onmiddellijk na het voeden van een baby.
• Gebruik de voorhoofdthermometer niet in een omgeving met hoge luchtvochtigheid.
• Patiënten mogen voor/tijdens het opnemen van de temperatuur niet drinken, eten of fysiek actief zijn.
• Verwijder haar, transpiratie of vuil voordat u de thermometersensor op de meetplaats aanbrengt.
• Gebruik een alcoholdoekje om de sensor zorgvuldig te reinigen en wacht 5 minuten voor u de temperatuur van een
andere patiënt opneemt.
• U hoort 10 korte pieptonen als de temperatuur hoger is dan 37,5 °C (99,5 °F), om aan te geven dat de patiënt
mogelijk koorts heeft.
• Neem de temperatuur altijd op dezelfde plaats op, aangezien meetresultaten van verschillende plaatsen uiteen
kunnen lopen.
• Onder de volgende omstandigheden is het raadzaam de temperatuur driemaal op te nemen op dezelfde plaats,
en vervolgens de hoogste temperatuur als defi nitief te beschouwen:
1) Pasgeboren baby's tijdens de eerste 100 dagen.
2) Kinderen jonger dan drie jaar met een verzwakt immuunsysteem voor wie de aan- of afwezigheid van
koorts van kritiek belang is.
3) Als de gebruiker de thermometer pas leert gebruiken nadat hij/zij gewend is aan het instrument en
consistente metingen verkrijgt.
. Het LCD-scherm wordt
(1)
(2)
(3)
(4)
(5)
96
7. De meeteenheid veranderen van Celsius naar Fahrenheit en andersom
De voorhoofdthermometer kan de temperatuur in graden Celsius weergeven of in graden
Fahrenheit. Als u de temperatuureenheid wilt veranderen van Celsius naar Fahrenheit of
andersom, moet u het instrument uitgeschakelen. Houd vervolgens de geheugenknop
gedurende meer dan 5 seconden ingedrukt totdat u - - - ziet en °C (of °F) op het LCD-scherm begint
te knipperen. Druk de geheugenknop in en laat deze los om van °C naar °F te gaan en andersom.
Als de eenheid na 5 seconden niet wordt veranderd (de geheugenknop wordt niet ingedrukt en
losgelaten), geeft het LCD-scherm aan dat het instrument klaar is voor een meting (net als wanneer
u het instrument normaal inschakelt).
8. Foutberichten
Scherm/Probleem
Betekenis van het scherm
Gemeten temperatuur te hoog
WAARSCHUWING: Hoge
koorts vereist onmiddellijk
medische hulp.
Gemeten temperatuur te laag
Omgevingstemperatuur te hoog Een «H» wordt weergegeven
Omgevingstemperatuur te laag
Foutfunctieweergave
Leeg scherm
Batterij bijna leeg
Mogelijke oorzaak en
oplossing
Een «H» wordt weergegeven als
de gemeten temperatuur hoger is
dan 42,2 °C (108,0 °F).
Een «L» wordt weergegeven als de
gemeten temperatuur lager is dan
34 °C(93,2 °F).
samen met « ▲» als de
omgevingstemperatuur hoger is
dan 40,0 °C (104,0 °F).
Een «L» wordt weergegeven
samen met «▼» als de
omgevingstemperatuur lager is
dan 16,0 °C (60,8 °F)..
Als er een storing in het systeem
bestaat.
Controleer of de batterijen juist
zijn aangebracht. Controleer ook
de polariteit (<+> en <–>) van
de batterijen.
Als een brandend
batterijpictogram het enige
symbool is op het scherm, moeten
de batterijen onmiddellijk
vervangen worden.
97