4. Ingebruikname
1. Neem de solarlamp voorzichtig uit de verpakking.
2. Plaats de solarlamp met inachtneming van de veiligheids- en waarschuwingsvoorschriften op de gewenste
plaats en bedien de schakelaar.(onderzijde lamp/zonnepaneel of deksel afnemen).
3. Voor de eerste oplading zoekt u een geschikte plaats met direct zonlicht.
Zorg ervoor, dat de solareenheid van de LED-solarlamp direct door de zon bestraald wordt.
Schaduw op de solareenheid heeft een negatief effect op de laadfunctie van de accu.
4. De LED-solarlamp wordt door het solarpaneel aan de bovenkant opgeladen.
Door de dag-/nachtsensor wordt ze bij schemering automatisch ingeschakeld.
Zorg ervoor, dat de dag/nachtsensor bovenaan de lamp niet door een andere lichtbron
beïnvloed wordt. Anders wordt de lamp bij schemering niet ingeschakeld.
5. De lamp kan niet vervangen worden.
6. Het typeplaatje mag niet verwijderd worden.
Aanwijzing: De lichtduur / lichtsterkte is sterk afhankelijk van de duur / intensiteit
zonnestraling op de dag. In de wintertijd moet over het algemeen op
kortere lichtduur gerekende worden. Wanneer de lamp op eerste avond
nog niet verlichten, wacht dan een tot twee zonnedagen af.
5. Functiestoringen
De lamp schakelt bij duisternis niet in.
Een vreemde lichtbron (bijv. straatlantaarn) simuleert daglicht en verhindert het inschakelen van de lamp.
Plaats de lamp daarom op een donkere plaats
De lamp schakelt bij duisternis niet of maar kort in.
Is de lamp ingeschakeld?
De accu is zwak of defect. Vervangen van de accu
6. Vervangen van de accu
Bij solarlampen moeten de accu's gemiddeld om de 2 jaar vervangen worden.
Gebruik u voor dit artikel alleen de aangegeven accu's.
Het gebruik van andere accu's kan schade veroorzaken.
(onderzijde lamp/zonnepaneel of deksel afnemen).
2 van 3 | 15.12.2016