Bij sommige autotypes is het niet mogelijk om de camera bij het kenteken te bevestigen.
In dat geval moet u een andere plaats zoeken achter op uw auto om de camera aan te
bevestigen met de meegeleverde bouten en schroeven.
1. Verwijder de kentekenplaat. Draai vervolgens de bouten/schroeven van de
kentekenplaathouder achter op uw auto los.
2. Plaats de meegeleverde montageplaat (samen met de camera) achter de
kentekenplaathouder. Zet zowel de kentekenplaathouder als de montageplaat vast
met de bouten/schroeven van de kentekenplaathouder.
3. Plaats de kentekenplaat weer op de kentekenplaathouder.
4. Bedenk hoe u de voedingskabel van de camera, door het carrosserie van het voertuig,
naar de bedrading van de achteruitverlichting wil leiden. Schakel in geval van twijfel
professionele hulp in voor de installatie.
5. Sommige voertuigen kunnen een opening hebben waar de kabel doorheen kan.
Bijvoorbeeld de plek waar de kentekenplaatverlichting is gemonteerd. U kunt ook een
opening maken dicht bij de plek waar de voedingskabel bevestigd wordt aan de
camera. Als u eenmaal gekozen heeft waar de kabel de carrosserie van het voertuig
naar binnen zal gaan verwijder dan de camera. Als u een bestaande opening kunt
gebruiken, slaat u de volgende twee stappen over.
6. Voordat u een gat boort MOET U CONTROLEREN en nakijken WAT ZICH ACHTER DE
PLAATS BEVINDT WAAR U WILT BOREN. Als zich daar onderdelen van het voertuig
bevinden, zoals elektrische onderdelen of onderdelen van het brandstofsysteem,
moet u alle noodzakelijke voorzorgsmaatregelen nemen om deze niet te beschadigen.
Verwijder de kentekenplaat en de camera voordat u gaat boren.
7. Plaats na het boren de meegeleverde doorvoertule in de opening en leidt de kabels
van de camera door de doorvoertule het voertuig in. U moet de doorvoertule
gebruiken om te voorkomen dat de metalen rand van de opening de kabel van de
camera beschadigt.
8. Bevestig de zender in de kofferbak. Sluit de voedingskabel van de camera en die van
de zender aan op de zender.
46