VII. SET-UP
Relais
Wanneer een geldige toegangskaart aangeboden wordt is de relais geactiveerd.
Het relais heeft 3 instelmogelijkheden (de configuratie gebeurt via de pc):
• Toggle (toggelen): toegangskaart kort aangeboden aan de kaartlezer = relais geactiveerd, toegangskaart opnieuw kort aangeboden = relais
is gedeactiveerd.
• Momentary (kortstondig): relais blijft geactiveerd zolang de toegangskaart aangeboden blijft aan de kaartlezer.
• Timer/delayed (Timer/vertraagd): toegangskaart kort aangeboden = relais is geactiveerd gedurende een aantal seconden.
Leermodus
U kunt 1 kaart als masterkaart gebruiken om de leermodus te activeren. Bij het aanbieden van een geldige toegangskaart in leermodus, dan
wordt deze toegangskaart opgeslagen in het geheugen van de kaartlezer.
Heeft de kaartlezer nog geen enkele toegangskaart opgeslagen, dan wordt de leermodus bij het aanbieden van de eerste toegangskaart automa-
tisch geactiveerd en wordt deze toegangskaart opgeslagen als masterkaart. De leermodus wordt na 30 seconden automatisch uitgeschakeld tenzij
er binnen deze periode een nieuwe toegangskaart wordt aangeboden, waardoor de uitschakelperiode van 30 seconden opnieuw start.
•
In leermodus blijft de relais uitgeschakeld.
•
Indien er geen bevestigingssignaal is bij het aanbieden van een toegangskaart in de leermodus, wordt het geheugen van de kaartlezer volle-
dig benut en is er geen plaats meer om de toegangskaart op te slaan (max. 250 kaarten).
•
Een toegangskaart kan niet zonder computerprogramma uit het geheugen verwijderd worden.
Een toegangskaart valideren
Een RFID-kaart bestaat uit 5 bytes. De laatste 4 bytes worden gebruikt voor het valideren van de kaart en geven het unieke nummer op de kaart
weer. De 1ste byte geeft het unieke ID-nummer van de fabrikant weer en wordt niet gebruikt.
PROXIMITY-KAARTLEZER MET USB-INTERFACE
- 7 -