Publicité
Les langues disponibles
Les langues disponibles
Als de Bluetooth-verbinding tijdens het scannen in de directe modus wordt
onderbroken, brandt de led-indicator (11) rood.
Instellingen uitvoeren
De barcodescanner laat zich instellen op die manier die past bij uw wijze van gebruik. De
volgende beschrijving heeft deels betrekking op de extra meegeleverde beknopte Engelstalige
handleiding van de fabrikant. Hierin bevinden zich alle voor de configuratie benodigde
streepjescodes. Scan de desbetreffende streepjescodes met de scanner om de instellingen uit
te voeren. De configuratiecodes staan gedeeltelijk naast elkaar vermeld. In dat geval dienen de
codes die u niet wilt scannen met uw hand of een stuk papier te worden afgedekt.
a) Energie besparen instellen
Als u gedurende een bepaalde tijd geen knop op het barcodescanner drukt, schakelt de
barcodescanner automatisch over in de energiebesparende modus. U hoort een geluidssignaal.
De barcodescanner beschikt over twee instellingen om energie te besparen. Na 5 minuten
zonder bediening wordt de streepjescodescanner automatisch uitgeschakeld om stroom te
besparen. In een tweede instelling kan deze omschakel-/wachttijd worden verhoogd tot 10
minuten.
Om tussen de energiebesparingsmodi te wisselen, scant u de noodzakelijke
configuratiestreepjescodes. Kijk hiervoor in de handleiding van de fabrikant in hoofdstuk
"Power-saving Mode" [pagina 3] en gebruik de daar getoonde configuratiestreepjescodes.
• Scan de eerste streepjescode "Power-saving mode OFF" om de automatische uitschakeling
voor de energiebesparing uit te schakelen. De barcodescanner blijft zolang ingeschakeld
totdat hij handmatig wordt uitgeschakeld.
• Scan de tweede streepjescode "Power-saving mode ON (default)" om de automatische
uitschakeling voor de energiebesparing in te schakelen. De barcodescanner schakelt na
5 minuten inactiviteit automatisch uit.
• Scan de derde streepjescode "Power-saving mode ON" om de automatische uitschakeling
voor de energiebesparing in te schakelen. De barcodescanner schakelt na 10 minuten
inactiviteit automatisch uit.
b) Toetsenbord instellen (landen)
Alleen het toetsenbord "US English" ondersteunt alle tekens. Bepaalde tekens kunnen in
andere talen niet worden gebruikt. Lees voor meer informatie ook het hoofdstuk "Keyboard
Country (For HID Profile only)" (pagina 4) in de beknopte Engelstalige handleiding van de
fabrikant. Daar vindt u ook de landencodes voor de instelling.
• Scan de streepjescode voor het land (pagina 4) en voer de gewenste numerieke landencode
in, in overeenstemming met de tabel.
• Scan voor het instellen de cijferstreepjescode "Numeric barcodes for settings" (pagina 4).
Zorg ervoor, dat op computer of mobiele apparaat de toetsenbordinstelling VS werd
geselecteerd, als u alfanumerieke tekens nodig heeft.
c) Gegevensoverdrachtssnelheid ("Transmission Speed")
Om het verlies van gegevens te vermijden, moet u de voor uw gegevensverwerkingsapparaat
juiste snelheid instellen op de barcodescanner. Afstand en obstakels kunnen de overdracht
belemmeren evenals de overdrachtssnelheid verlangzamen. Het apparaat is standaard
ingesteld op de gemiddelde snelheid <Middle-speed>. Gebruik de basisinstelling en
test uw apparaat door het lezen van enkele streepjescodes in de directe modus. Als de
gegevens onvolledig worden overgedragen, dient u de overdrachtssnelheid met één stapje
te verminderen. Als dat niet voldoende is, vermindert u hem met nog een stapje totdat de
gegevens zonder fouten worden verwerkt.
• Selecteer en scan de configuratiestreepjescode voor de juiste snelheid in het hoofdstuk
"Transmission Speed" (pagina 3) in de meegeleverde beknopte Engelstalige handleiding,
om deze snelheid in te schakelen.
• Er zijn de configuratiestreepjescodes voor de volgende snelheden ter beschikking: <High-
speed> <Middle-speed> <Slow-speed><Ultra slow 2> <Ultra slow-speed 3>.
d) Datum en real-time markering voor het in-/uitschakelen van
streepjescodes
• Kies en scan de configuratiestreepjescode "Date information: ENABLE" in het hoofdstuk
"RTC (real-time clock)" (pagina 3) in de meegeleverde beknopte Engelstalige handleiding,
om de datuminformatie tijdens het scannen van een streepjescode automatisch toe te
voegen.
• Scan de configuratiestreepjescode "Date information: DISABLE (default)" in het hoofdstuk
"Transmission Speed" (pagina 3) in de meegeleverde beknopte Engelstalige handleiding om
het toevoegen van de datuminformatie tijdens het scannen van een streepjescode uit te
schakelen.
• De datum wordt bij het scannen van een streepjescode automatisch toegevoegd en verschijnt
in het record achter de streepjescode.
• Kies en scan de configuratiestreepjescode "Time information: ENABLE" in het hoofdstuk
"RTC (real-time clock)" (pagina 3) in de meegeleverde beknopte Engelstalige handleiding,
om de tijd tijdens het scannen van een streepjescode automatisch toe te voegen.
• Scan de configuratiestreepjescode "Time information: DISABLE (default)" in het hoofdstuk
"RTC (real-time clock)" (pagina 3) in de meegeleverde beknopte Engelstalige handleiding,
om het toevoegen van de tijd tijdens het scannen van een streepjescode uit te schakelen.
• De tijd wordt bij het scannen van een streepjescode automatisch toegevoegd en verschijnt in
het record achter de streepjescode.
Datumformaat instellen
Er kunnen drie datumformaten worden ingesteld. U bepaalt hoe de datum aan het record van
de streepjescode wordt toegevoegd.
Datumformaat 1
<MM/DD/YY> (MM=maand, DD=dag, YY=jaar)
• Selecteer en scan de configuratiestreepjescode in het hoofdstuk "The format of Date setting"
(pagina 3) in de meegeleverde beknopte Engelstalige handleiding, om dit datumformaat in
te schakelen.
Datumformaat 2
<DD/MM/YY> (DD=dag, MM=maand, YY=jaar)
• Selecteer en scan de configuratiestreepjescode in het hoofdstuk "The format of Date setting"
(pagina 3) in de meegeleverde beknopte Engelstalige handleiding, om dit datumformaat in
te schakelen.
Datumformaat 3
<YY/MM/DD> (YY=jaar, MM=maand, DD=dag)
• Selecteer en scan de configuratiestreepjescode in het hoofdstuk "The format of Date setting"
(pagina 3) in de meegeleverde beknopte Engelstalige handleiding, om dit datumformaat in
te schakelen.
e) Scheidingstekens instellen
Hier kunt u scheidingstekens handmatig instellen, waarmee de onderdelen van een record
moeten worden gescheiden. Komma (,) tab (tab) en semicolon (;) zijn instelbaar. De
standaardinstelling is de komma.
• Scan de configuratiestreepjescode ",comma (default)" in het hoofdstuk "The punctuation
marks for the intervals among barcode data, date, time" (pagina 3) in de meegeleverde
beknopte Engelstalige handleiding, om de komma als scheidingsteken in te stellen.
• Scan de configuratiestreepjescode "tab" in het hoofdstuk "The punctuation marks for
the intervals among barcode data, date, time" (pagina 3) in de meegeleverde beknopte
Engelstalige handleiding, om het tab-teken als scheidingsteken in te stellen. Dit is geschikt
voor Apple-apparaten.
• Scan de configuratiestreepjescode " ; semicolon" in het hoofdstuk "The punctuation marks
for the intervals among barcode data, date, time" (pagina 3) in de meegeleverde beknopte
Engelstalige handleiding, om de semicolon als scheidingsteken in te stellen.
f) Datum en huidige tijd instellen
• Om de datum in te stellen, scant u de configuratiestreepjescode "SET DATE" in het hoofdstuk
"Date and Time setting" (pagina 4) in de meegeleverde beknopte Engelstalige handleiding,
om de huidige datum in te stellen.
• Vul de datum in overeenstemming met het geselecteerde datumformaat in numerieke vorm
in door de cijferstreepjescode te scannen.
• Selecteer en scan hiervoor ieder cijfer van het datumformaat van de dienovereenkomstige
numerieke streepjescode in het hoofdstuk "Numeric Barcodes for settings" (pagina 4) in de
meegeleverde beknopte Engelstalige handleiding.
• Om de tijd in te stellen, scant u de configuratiestreepjescode "SET TIME" in het hoofdstuk
"Date and Time setting" (pagina 4) in de meegeleverde beknopte Engelstalige handleiding,
om de huidige tijd in te stellen.
• Voer vervolgens de tijd volgens het 24-uurs tijdformaat in.
• Selecteer en scan hiervoor ieder cijfer van het datumformaat van de dienovereenkomstige
numerieke streepjescode in het hoofdstuk "Numeric Barcodes for settings" (pagina 4) in de
meegeleverde beknopte Engelstalige handleiding.
g) Prefixen en suffixen voor streepjescodegegevens instellen
• Scan de configuratiecode "prefix" of "suffix" in het hoofdstuk "How to append a "prefix" or
a "suffix" to the barcode data" in de meegeleverde beknopte Engelstalige handleiding, om
prefix en suffix voor of achter de records te plaatsen.
• Geef de noodzakelijke hexadecimaalcodes voor de aan te hangen besturings- en speciale
tekens in. Lees hiervoor de tabel "Prefix & Suffix TABLE" in de meegeleverde beknopte
Engelstalige handleiding (pagina 4).
• Beëindig iedere instelling door het scannen van de streepjescode X in het hoofdstuk "Numeric
barcode for settings" in de meegeleverde beknopte Engelstalige handleiding.
• Voor het verwijderen van een prefix of suffix herhaalt u de hierboven beschreven stappen,
en scant u de streepjescode 0.
• Herhaal de hierboven beschreven stappen op dezelfde manier voor het verbinden van
suffixen met de streepjescode. Vervang hierbij de informatie "prefix" in de hiervoor staande
tekst altijd door "suffix".
- Er kunnen maximaal vijf speciale tekens met een streepjescode worden verbonden.
- Als tussen minstens één of maximaal vier speciale tekens met de streepjescode worden
verbonden, moet aan het einde van de complete string altijd de streepjescode X worden
toegevoegd.
- De streepjescode X is niet nodig voor het beëindigen van de rij tekens, als alle vijf tekens
werden toegevoegd.
h) Activeringsmodus
U kunt de activeringsvertraging bij het scannen van meerdere streepjescodes instellen.
• Scan de configuratiestreepjescodes in het hoofdstuk "Trigger Mode" (pagina 3) in de
meegeleverde beknopte Engelstalige handleiding.
- Scan de configuratiestreepjescode "Trigger always" om een activering op ieder tijdstip in te
stellen. Nieuwe streepjescodes worden gescand, ook wanneer vorige gegevens nog niet
helemaal naar uw mobiele apparaat werden gestuurd.
Publicité
