2 Montage van de voelers
B: Kring B
C: Kring C (Geen kring C voor de wandcondensatieketels en MIT)
De sensor van de aanvoerleiding met aansluitkabel (lengte 2.5 m) en
aansluitstekker moet op de aanvoerbuizen van het circuit
gemonteerd worden en aangesloten worden op het printplaat van de
bijbehorende kraan, zoals aangegeven inde handleiding van de
bedieningsbord.
De sensor van de aanvoerleiding na de kraan moet op ongeveer 0.5
m van de 3-wegkraan of na de verwarmingspomp geplaatst worden,
indien deze op de aanvoerleiding geplaatst is.
Voor de MIT met zuil moet de voeler op de messing buis tussen
de 3-wegkraan en de slang geplaatst worden.
Snijd het isolatiemateriaal van de buis over een lengte van 50 mm
weg.
Maak op de plaats waar de voeler gemonteerd is de leidingen
grondig schoon (er mogen geen verfresten zichtbaar zijn) en smeer
ze in met de in de klaar-voor- gebruik spuit meegeleverde
contactpasta.
Bevestig de voeler met behulp van de hiertoe meegeleverde
slangklem.
de sensor van de aanvoerleiding mag niet bedekt worden met
het isolatiemateriaal van de leidingen.
08/12/08 - 8801-4544-D
AD196
53