controleer, of de zaagtanden niet in het werkstuk
zijn vastgehaakt.
- Steun grote platen af, om het risico van een
terugslag door een vastzittend zaagblad te
voorkomen.
- Gebruik geen stompe of beschadigde zaagbladen.
- Trek vóór het zagen de instellingen voor snijdiepte
en snijhoek vast.
- Wees bijzonder voorzichtig, wanneer u een
"invalsnede" in een verborgen bereik, bv een
voorhanden muur, uitvoert.
- Controleert
u
het
voorwerpen. Niet in metalen onderdelen, bv nagels
zagen.
Opmerkingen met betrekking tot onderhoud en
reparatie:
- De regelmatige reiniging van de machine, vooral
van de verstelvoorzieningen en de geleidingen,
vormt een belangrijke veiligheidsfactor.
- Er mogen enkel originele MAFELL-reseverdelen
en toebehoren worden toegepast. Anders bestaat
er geen garantieclaim en geen aansprakelijkheid
door de fabrikant.
4
Voorbereiden / Instellen
4.1 Netaansluiting
Let voor de ingebruikname erop dat de netspanning
met de op het vermogensplaatje van de machine
vermelde bedrijfsspanning overeenstemt.
4.2 Stofafzuiging
Bij alle werkzaamheden, waarbij een aanzienlijke
hoeveelheid stof ontstaat, sluit de machine aan een
geschikte
externe
luchtsnelheid moet ten minste 20 m/s bedragen.
De buitendoorsnede van de afzuigaansluiting 502
(afb. 3) bedraagt 29 mm.
Spaanders in het zichtbare gedeelte van de
beginsnede worden met een luchtstroom uit dit
gedeelte in een spaanderopvang geblazen. Van daar
uit worden ze door een kanaal verder getransporteerd
en kunnen via een aan de grondplaat gemonteerd
afzuigstuk 502 (zie hoofdstuk 4.5) afgezogen worden.
werkstuk
op
vreemde
afzuigvoorziening
aan.
4.3 Zaagbladwissel
Gevaar
Neem bij alle
onderhoudswerkzaamheden de
netstekker uit het stopcontact.
Zwenk de spanhendel 50 (afb. 1) naar buiten tot
hij vastklikt.
Verwijder het zaagblad. Door een lichte
zijwaartse druk op het zaagblad wordt het
automatisch uitgeworpen.
Let er bij het plaatsen van het nieuwe
decoupeerzaagblad op dat het nieuwe blad
vanzelf vastklikt.
Sluit de spanhendel door hem naar de
beginstand terug te schuiven.
4.4 Basisplaat
De machine is met een grondplaat 9 (afb. 2)
uitgevoerd die nauwkeurige haakse sneden mogelijk
maakt. Voor de uitvoering van hoeksneden moet de
als speciaal toebehoren verkrijgbare zwenkplaat
gemonteerd worden.
Ga als volgt te werk:
Draai de klemhendel 51 (afb. 2) van de
horizontale naar de verticale stand. Daardoor
wordt de verbinding tussen de machine en de
grondplaat losgezet.
Verschuif de grondplaat tot de wijzerstand aan
de machine met de groef in de grondplaat
overeenstemt (zie opmerkingen in afb. 5).
Nu kan de machine van de grondplaat
gescheiden worden.
Let er bij het samenvoegen van grondplaat en
De
machine op dat de klemhendel in de stand als
bij 1 beschreven staat. Steek machine en
grondplaat zodanig in elkaar dat de wijzer aan
de machine en de groef aan de platen boven
elkaar staan. Verschuif de grondplaat in de
gewenste richting naar de machine toe (zie
hoofdstuk 5.6).
Draai de klemhendel zo ver mogelijk in de
horizontale stand tot de grondplaat stevig met
de machine is verbonden.
-47-