Correct gebruik
De momentsleutel is ontwikkeld voor het gecontroleerd vastdraaien van bouten. Gebruik de
momentsleutel UITSLUITEND voor deze toepassing.
Technische gegevens
Meetbereik: 40 - 210 Nm
Aandrijving: 12,5 mm – vierkant (1/2")
Beschrijving (Afb.1)
1. Omschakelbaar
2. Schaal
3. Handgreep
4. instelschaal
Werkinstructie voor draaimomentsleutel
• Gebruik de draaimomentsleutel niet voor het losdraaien van moeren of bouten. Dit leidt tot
beschadiging van het ratelmechanisme
• Neem de sleutel in de linker hand, zodat het venster met de schaal zichtbaar is.
• Trek aan de handgreep om de sleutel te ontgrendelen. Tussen de handgreep en de
vergrootglad is en markering te zien. (Afb.2)
• Stel het vereiste draaimoment in door aan de handgreep te draaien.
Voorbeeld: 76 Nm
Draai de handgreep tot de rode markeringslijn in het zichtvenster met de 70 Nm-
-
markering op de schaal overeenkomt en tegelijkertijd in de vergrootglas op de waarde „0"
wijst. (Afb.3)
Draai de greep verder met de klok mee tot de waarde "6" in de vergrootglas is te zien.
-
(Afb.4). (1 markering = 1 Nm)
De draaimomentsleutel is nu ingesteld op een draaimoment van 76 Nm.
-
Druk de handgreep weer in. Hierdoor voorkomt u dat de vooraf ingestelde waarde tijdens
•
het werken verandert.
• Bevestig de juiste dop op het aandrijfvierkant van de draaimomentsleutel.
• Zet het werktuig op moer of bout en trek snel aan (maar niet met een ruk), tot u akoestisch
en in uw hand een klik hoort resp. voelt.
LET OP: Trek nadat het ingestelde draaimoment is bereikt niet verder aan de
draaimomentsleutel, omdat dat leidt tot een verkeerd draaimoment en mogelijk ook tot schade
aan de onderdelen!.
Draaimomentsleutel
Art.no. 18145
Handleiding