6.
Laat de zaag, voor u met zagen begint,
proefdraaien, dat wil zeggen, doe een stap
achteruit, schakel de motor in en controleer
dat de schijf goed functioneert.Laat, wanneer
u de schijf hebt vervangen, de zaag drie
minuten lang draaien; laat de zaag daarna,
voordat u uw gebruikelijke werkzaamheden
uitvoert, één minuut proefdraaien.
7.
Probeer, terwijl de machine loopt, nooit een
werkstuk weg te nemen of een werkstuk vast
te klemmen. Wacht altijd tot de schijf volledig
tot stilstand is gekomen en verwijder daarna
pas een werkstuk of verander daarna pas de
instellingen.
8.
Inspecteer, voordat u de schijf installeert,
altijd de met hars en rubber behandelde
schijf op breuken.
9.
Controleer altijd dat de maximale
bedrijfssnelheid van de zaagschijf en de
maximaal toegestane snelheid van de motor
op elkaar zijn afgestemd. Overschrijd nooit
een maximaal toegestane bedrijfssnelheid
die op de schijf is vermeld.
10. Probeer nooit met geweld een schijf op de
machine te monteren, of het formaat van de
assen te wijzigen. Gebruik nooit schijven die
niet goed passen. Gebruik alleen schijven die
op de machine passen.
11. Probeer niet zaagbladen op de machine
te bevestigen, omdat de machine niet is
bedoeld voor het zagen van hout.
12. Begin pas met zagen wanneer de motor
volledig op snelheid is gekomen.
13. Als u, tijdens het werken met de machine,
merkt dat de schijf niet meer draait of de
motor overbelast klinkt, schakel de machine
dan onmiddellijk uit.
14. Houd licht brandbare of breekbare
voorwerpen weg bij de machine. De
gebruiker van de machine moet ervoor
zorgen dat zijn handen, gezicht of voeten niet
in contact komen met de vonken die door het
zagen worden veroorzaakt.
15. Plaats uw machine stevig op een vlak,
gelijkmatig oppervlak.
16. Werk alleen met de machine op de spanning
die op het typeplaatje staat vermeld.
17. Raak nooit een afgezaagd werkstuk aan
voordat u het hebt laten afkoelen.
18. Probeer nooit werkstukken te zagen die
groter zijn dan het toegestane formaat.
18
19. Ga tijdens het zagen nooit staan waar de zaag
naar u toe zaagt. Blijf altijd aan één zijde staan.
20. Laat veiligheidsvoorzieningen altijd op hun
plaats.
21. Zorg er altijd voor dat u langzaam en
voorzichtig zaagt. Breng de schijf niet met een
abrupte beweging op het werkstuk aan.
22. Duw het werkstuk nooit naar de schijf toe,
terwijl u het in uw handen houdt. Zet het
werkstuk altijd vast met de klem.
23. Houd uw handen van de zaagschijf verwijderd.
Zaag nooit werkstukken die u met uw handen
moet ondersteunen op een afstand van minder
dan 15 cm van de roterende schijf.
24. Controleer dat het werkstuk goed is
ondersteund
25. Gebruik nooit snijvloeistoffen. Deze
vloeistoffen kunnen vlamvatten en een
elektrische schok veroorzaken
26. Zaag geen materialen van gietijzer
27. Zaag geen kunststoffen, hout of synthetische
materialen
28. Zaag geen magnesium
Elektrische veiligheid
Neem bij het gebruik van elektrische
machines altijd de plaatselijk geldende
veiligheidsvoorschriften in acht in verband met
brandgevaar, gevaar voor elektrische schokken
en lichamelijk letsel. Lees behalve onderstaande
instructies ook de veiligheidsvoorschriften in het
apart bijgevoegde veiligheidskatern door. Bewaar
de instructies zorgvuldig!
Controleer altijd of uw netspanning
overeenkomt met de waarde op het
typeplaatje.
Klasse II apparaat - Dubbel geïsoleerd -
een geaarde stekker is niet noodzakelijk.
Bij vervanging van snoeren of stekkers
Wanneer het netsnoer beschadigd raakt, dan
dient het vervangen te worden door een speciaal
netsnoer dat verkrijgbaar is bij de fabrikant of
de customer service van de fabrikant. Gooi
oude snoeren of stekkers direct weg zodra ze
door nieuwe exemplaren zijn vervangen. Het is
gevaarlijk om de stekker van een los snoer in een
stopcontact te steken.