Elektriciteit
In vochtige kamers, badkamers of keukens, dient de terminal ten minste op 25 centimeter hoogte van de grond
geïnstalleerd te worden. De vaste aansluiting is slechts mogelijk op kabelnetwerken voorzien van een omnipolair
scheidingsmechaniek met een contactopening van minimaal 3 mm bij alle polen.
5. beWaren van de KabeL
• Wanneer u het product niet gebruikt, kunt u de kabel opslaan door deze in de opening van de basis van
het product te duwen.
• Wanneer het product in werking is, dient de kabel zich in zijn geheel buiten de basis van het product te bevinden.
6. GebruiK van de verWarMinG
Zie Fig. 5
6.1 versie met vermogensschakelaar en de thermostaat (TL-29/TL-29W)
• De verwarming is voorzien van 2 bedieningspanelen, de vermogensschakelaar en de thermostaat.
• De vermogensschakelaar heeft 4 posities waarmee u het gewenste vermogen kunt kiezen.
• Uitgaande van de antivriespositie " * ", draait u de thermostaat in de richting van de klok tot u "klik" hoort:
de verwarming treedt in werking.
• De thermostaat zorgt dat de gewenste temperatuur behouden blijft door de verwarming automatisch
aan en uit te doen. Hoe meer u de bedieningsknop in de richting van de klok draait, des te hoger zal de
gewenste temperatuur zijn. De maximumstand van de thermostaat komt ongeveer overeen met 30 ºC en
de minimumstand " * " met ongeveer 5ºC.
• Voor een correct gebruik van de thermostaat, raadpleeg paragraaf "GEBRUIk VAN DE THERMOSTAAT".
6.2 uitvoering met thermostaat en 60 minuten-klokthermostaat (TL-29TW)
• De verwarming is voorzien van 2 bedieningspanelen.
• Draai de klokthermostaat in de richting van de klok om de gewenste werkingsduur tussen 5'en 60' te kiezen.
De verwarming werkt op maximaal vermogen (2000W) en de werking wordt niet door de thermostaat bepaald.
• Wanneer de gekozen tijd verstreken is, zal de verwarming automatisch op half vermogen (1000W) beginnen
te werken en zal de temperatuur door de thermostaat geregeld worden.
• Voor het gebruik van de thermostaat, raadplaag paragraaf 6.3.
• Wanneer de verwarming op vol vermogen werkt dan wordt de kamertemperatuur niet door de thermostaat
bepaald. In deze omstandigheden dient u de verwarming niet in kleine kamers te gebruiken waarin zich personen
bevinden die niet in staat zijn zelf de ruimte te verlaten, tenzij deze personen zich onder constant toezicht bevinden.
6.3 Gebruik van de thermostaat
• I- n een kamer waar de temperatuur hoger is dan 30 ºC, is het normaal dat de thermostaat, zelfs als deze
op maximaal staat, de verwarming niet aandoet.
• Omgekeerd, in een kamer met een te lage temperatuur (lager dan 5 ºC), is het normaal dat de thermostaat
het apparaat voortdurend aanhoudt, zelfs als die op minimaal staat.
• Om de thermostaat zo goed mogelijk te regelen, adviseren wij u de volgende stappen:
• Zet de thermostaat op maximale stand en laat het apparaat werken tot u een aangename temperatuur
verkregen heft.
Fasedraad = bruin
L
N
Nuldraad = blauw
26
Voedingskabel