De volgende factoren hebben invloed op de binnentemperatuur:
omgevingstemperatuur;
-
hoeveelheid en temperatuur van de opgeslagen levensmiddelen;
-
vaak of lang openen van de deur;
-
een storing aan het apparaat.
-
Daarom moet de instelling van de temperatuurregelaar eventueel aan de
omstandigheden worden aangepast.
Belangrijk!
Hoge omgevingstemperatuur (bijv. op hete zomerdagen) en koude instelling
van de temperatuurregelaar (stand "5") kunnen ertoe leiden dat de
compressor continu werkt.
Reden: de compressor moet ononderbroken lopen om bij hoge
omgevingstemperatuur de lage temperatuur in het apparaat te handhaven.
Het apparaat wordt dan niet meer ontdooid - want automatisch ontdooien
is alleen mogelijk als de compressor stilstaat (zie ook hoofdstuk "Ontdooien").
Sterke rijpvorming op de achterwand van de koelruimte is het gevolg.
Zet in dit geval de temperatuurregelaar op een warmere stand (stand "3" tot
"4"). Bij deze instelling wordt de compressor geregeld en het ontdooiproces
begint weer automatisch.
Apparaat uitschakelen
1. Om het apparaat uit te schakelen de temperatuurregelaar op stand "0" draaien.
Als het apparaat voor langere tijd buiten bedrijf moet worden gesteld:
1. Apparaat uitschakelen door de temperatuurregelaar op stand "0" te draaien.
2. Stekker uit het stopcontact trekken of zekering in de huisinstallatie
uitschakelen.
3. Apparaat grondig reinigen (zie hoofdstuk "Reiniging en onderhoud").
4. Deur open laten staan om reukvorming te voorkomen
Interieur
Legplateaus
Het glazen legplateau moet in de
onderste geleiders boven de
groente-/fruitbak liggen, opdat
groente en fruit langer vers blijven.
De overige legplateaus zijn in
hoogte verstelbaar:
1. Legplateau naar voren trekken,
tot het kan worden losgenomen.
2. Legplateau op een andere hoogte
plaatsen.
69