INSTALLATIE HANDLEIDING
SUBLIM
Verlicht opbouw codeklavier met gescheiden elektronica
E. TOETSEN- EN VERLICHTINGS TIME-OUT
Dit onderdeel stelt u in staat om de verlichtingstijd
en activeringstijd van de relais in te stellen.
1. Geef de mastercode twee keer in
(1 2 3 4 5 standaard mastercode).
2 bieps worden uitgezonden om de ingave in de
programmatiemodus te bevestigen.
2. Druk A0 om de verlichtingstijd van de toetsen te
programmeren.
- 1 biep wordt uitgezonden.
- Geef de tijd in seconden in – 10
voor 10 seconden tot 99 voor 99 seconden.
De achtergrondverlichting dimt gedurende 10
seconden nadat de laatste toets werd ingedrukt
of gaat volledig uit na het ingeven van een gel
dige code.
- Druk 00 voor permanente verlichtingstijd.
- Een biep wordt uitgestuurd op de ingestelde tijd te
valideren.
3. Druk A1 om de tijd relais 1
te programmeren (tijd deurvrijgave).
- 1 biep wordt uitgezonden.
- Geef de tijd in seconden in – 01 voor 1 seconde tot
99 voor 99 seconden.
- Druk 00 voor bistabiel.
- Een biep wordt uitgezonden om de ingestelde tijd
te valideren.
4. Druk B om de programmatiemodus te verlaten.
2 bieps worden uitgezonden om te bevestigen dat
het codeklavier in stand-by werkingsmodus is.
4 bieps geven een foutieve input aan.
F. RESET MASTER CODE
- In normale werkingsmodus, dient u de switch 1
(4 positie switch SW1) in de AAN positie te zetten.
- Wacht 1 seconde en verwijder daarna de jumper
door switch 1 in de OFF positie te zetten.
- Een biep wordt uitgezonden.
- De mastercode is hersteld naar zijn standaard-
waarde 1 2 3 4 5 (in geval van een 5-cijferige code)
en 1 2 3 4 (in geval van een 4-cijferige code).
G. VERANDEREN VAN INGANGSCODE DOOR
GEBRUIKER
- Toestemming om de code door een gebruiker te
veranderen wordt bepaald door de positie van
switch 2 (4 positie switch SW1).
- Zet switch 2 naar de UIT positie om te voorkomen
dat er codes gewijzigd worden, en naar de AAN
positie om codewijzigingen mogelijk te maken.
1. Geef de code in die momenteel gebruikt wordt.
- De toegangsrelais wordt geactiveerd:
- Een bieptoon wordt uitgezonden.
2. Geef de 2-cijferige sub mastercode in.
- Relais 1, bij eerste gebruik: A en B.
- Relais 2, bij eerste gebruik: 1 en 3.
- Een bieptoon wordt uitgezonden om de verandering
te valideren.
3. Geef de nieuwe gebruikers in.
mastercode te bevestigen.
4. Controleer de nieuwe gebruikerscode om
H. SUB MASTERCODE INSTELLEN
1. Geef de mastercode twee keer in
(1 2 3 4 5 standaard mastercode). 2 bieps worden
uitgezonden om de ingave in programmatiemodus
te bevestigen.
2. Relais 1 (Groep 1): Type A7.
Relais 2 (Group 2): Type A8.
- Stelt u in staat om nieuwe cijfers in te
geven om gebruikerscodes voor elke groep te
- Een biep wordt uitgezonden.
- Typ de twee veranderingscijfers.
- Een tweede biep wordt uitgezonden om de pro-
grammatie te bevestigen.
deringscijfers in. Herhaal vervolgens de bewer-
3. Druk B om de programmatiemodus te verla-
ten.
2 bieps worden uitgezonden om te bevestigen dat
het codeklavier in stand-by werkingsmodus is.
I. AUDIO FEEDBACK
Het audiosignaal wordt ingeschakeld in de programma-
tiemodus en wanneer de relais geactiveerd wordt na een
geldige code. Standaard is het audiosignaal ingeschakeld,
maar die kan ook als volgt worden uitgeschakeld:
1. Geef de mastercode twee keer in
(1 2 3 4 5 standaard mastercode). 2 bieps worden
uitgestuurd om de ingave in programmatiemodus
te bevestigen.
2. Druk AA.
- Een biep wordt uitgestuurd.
- Druk 0 om het audiosignaal uit te schakelen.
- Druk 1 om het audiosignaal in te schakelen.
- Een bieptoon bevestigd de nieuwe instelling.
3. Druk B om de programmatiemodus te verlaten.
van de programmatiemodus te bevestigen.
2 bieptonen worden uitgezonden om de nieuwe
zeker te zijn van de veranderingen.
veranderen.
Bv.: Typ A7 en geef daarna de twee veran-
king door A8 te typen.
2 bieps worden uitgezonden om het verlaten
NL
7