4. TECHNISCHE GEGEVENS
Model:
Nominale spanning:
Nominale frequentie:
Nominaal vermogen:
Onbelast toerental:
Maaibreedte:
Geluidsproductie volgens EN60335
Geluidsdrukniveau (L
Geluidsvermogenniveau (L
Onzekerheid (K):
Trillingen volgens EN60335
Trillingsemissie (a
h
Onzekerheid (K):
Grasopvangbak:
Netto gewicht:
Beschermingsklasse tegen water:
Maaihoogteregeling:
5. DE ONDERDELEN MONTEREN
5-1 DE INKLAPBARE HANDGREEP
MONTEREN
A) Bevestig het onderste gedeelte van de handgreep aan
het chassis met de vergrendelknoppen (zie afb. 2 t/m
5).
B) Klap de bovenste handgreep omhoog. Zet de
bovenste handgreep op de onderste handgreep vast
met de vergrendelknop (zie afb. 6 en 7).
C) Plaats het snoer op de buis van de handgreep. Klem
het met de snoerklem vast op het midden van de
onderste handgreep, zodanig dat het snoer aan de
buitenkant van het gereedschap is bevestigd. Het
snoer kan anders bekneld raken bij het openen/sluiten
van de achterklep of uitgerekt worden bij het
neerklappen van de bovenste handgreep (zie afb. 8).
5-2 GRASOPVANGBAK MONTEREN/
DEMONTEREN
1. Montage: Til de achterklep op en haak de
grasopvangbak aan de achterkant van de grasmaaier
(zie afb. 9 en 10).
2. Demontage: Til de achterklep op en verwijder de
grasopvangbak.
6. MAAIHOOGTE INSTELLEN
Duw de regelhefboom naar buiten om hem uit de huidige
stand te halen. Beweeg de regelhefboom naar voren of
achteren om de maaihoogte in te stellen.
De maaihoogte (afstand van het maaimes tot de grond)
kan ingesteld worden van 20 mm (laagste stand) tot
75 mm (hoogste stand) in 5 hoogtestanden (20 mm/
34 mm/48 mm/62 mm/75 mm) (zie afb. 11).
WAARSCHUWING: Wijzig de instelling alleen als
het maaimes stil staat.
28
):
pA
):
wA
):
ELM4110
1.600 W
2.900/min
83 dB (A)
91,4 dB (A)
2,38 dB (A)
2,5 m/s
1,5 m/s
20 - 75 mm, 5 standen
7. DE BEDIENINGSHOOGTE
INSTELLEN
1) Draai de vergrendelknop los waarmee de onderste
handgreep is bevestigd (zie afb. 12).
2) Beweeg de onderste handgreep omhoog of omlaag
om de gewenste bedieningshoogte in te stellen (zie
afb. 13).
U kunt op deze grasmaaier kiezen uit 3
hoogtestanden: bij hoogtestand 1 is de afstand tussen
de onderste handgreep en de grond het grootst, en bij
hoogtestand 3 het kleinst.
3) Stel de gewenste bedieningshoogte in en zet daarna
de onderste handgreep vast met de
vergrendelknoppen.
WAARSCHUWING: De linker- en rechterkant
van de onderste handgreep moeten op dezelfde
hoogtestand worden ingesteld.
8. VEILIGHEIDSVOORZIENINGEN
a) Gebruik de grasmaaier altijd met een achterklep of
grasopvangbak in de juiste stand.
b) Stop altijd de motor voordat u de grasopvangbak
verwijdert of de instelling van de maaihoogte wijzigt.
1) Verwijder voordat u gaat maaien alle vreemde
voorwerpen die door de grasmaaier weggeslingerd
kunnen worden. Let goed op tijdens het maaien en
probeer elk vreemd voorwerp te ontdekken die u
aanvankelijk over het hoofd hebt gezien (zie afb. 14).
2) Til nooit de achterkant van de grasmaaier op tijdens
het starten van de motor of tijdens normaal gebruik
(zie afb. 15).
3) Zorg er voor dat de ventilatieopeningen altijd vrij zijn
van rommel.
4) Kom nooit met uw handen of voeten onder het
onderstel of in het uitwerpkanaal als de motor nog
loopt (zie afb. 16).
230 V~
50 Hz
410 mm
2
of minder
2
50 liter
24,9 kg
IPX4