Leveringsomvang
Controleer bij het uitpakken van het apparaat de inhoud
van de doos op volledigheid met behulp van de ge-
bruiksaanwijzing. Bij ontbrekend toebehoren of bij
transportschade neemt u contact op met uw distribu-
teur.
Beschrijving apparaat
Afbeeldingen, zie pagina met grafieken
Afbeelding A
Vergrendeling filterafdekking
1
Filterafdekking
2
Apparaatschakelaar
3
CO
-aansluiting
4
2
Wateraansluiting
5
Netaansluiting
6
Deksel zekeringhouder met zekering 6 A
7
Typeplaatje
8
Ventilatieopeningen
9
Combifilter
10
Filterhouder
11
Knop "CO
gekoeld water"
12
2
Knop "Gekoeld water"
13
Vulopening
14
Druppelschaal
15
Montage
Apparaat aansluiten
Tijdens de eerste installatie en eventuele reparaties in
verband met de vervanging van accessoires moet er-
voor worden gezorgd dat alleen onderdelen worden ge-
bruikt die zijn goedgekeurd door KÄRCHER
(aansluitset, CO
-drukregelaar). Deze componenten
2
werden getest en zijn gecertificeerd zodat zij aan de KÄ-
RCHER-kwaliteitsnorm voldoen. Er mogen geen ande-
re componenten worden gebruikt.
De stroomaansluiting en watertoevoerdruk moeten
overeenkomen met de waarden in de technische
gegevens (zie hoofdstuk "Technische gegevens").
Afhankelijk van de lokale voorschriften moet er een
goedgekeurde terugslagklep worden geïnstalleerd.
Het apparaat op een effen ondergrond neerzetten.
Stekker en stopcontact moeten altijd vrij toeganke-
lijk zijn.
De apparaatschakelaar, de zekering en de gas- en
wateraansluiting (achterkant van het apparaat)
moeten vrij toegankelijk zijn. De minimale afstand
tot de muur is 100 mm.
Om het stroomverbruik te reduceren, kan de
stroomtoevoer worden onderbroken tijdens pauzes
in gebruik (bijv. door een timer).
Het apparat alleen met de meegeleverde slangen
aansluiten.
Gebruik geen gebruikte slangleidingen.
Aansluitschema:
Afbeelding B
Contactdoos (gezekerd met 30 mA aardlekschake-
1
laar)
Netsnoer
2
Waterdispenser
3
Watertoevoerslang (aansluitset)
4
Drukregelaar met manometer (alleen nodig bij wa-
5
terinlaatdruk boven 6 bar (0,6 MPa))
Waterkraan van de gebouwinstallatie
6
Drinkwaterleiding van de gebouwinstallatie
7
Aquastop (optioneel)
8
Terugslagklep (optioneel)
9
Aansluiting:
Afbeelding C
Wateraansluiting
1
CO
-aansluiting
2
2
Netaansluiting
3
Deksel zekeringhouder met zekering 6 A
4
Verlichte apparaatschakelaar
5
1. Sluit de watertoevoerslang aan op de wateraanslui-
ting "H
O".
2
2. Sluit de watertoevoerslang aan op de kraan van de
gebouwinstallatie (sluit eventueel extra componen-
ten aan).
3. De netkabel met de netaansluiting verbinden.
4. Sluit de CO
-aansluitleiding aan op de CO
2
ting.
Filter plaatsen
WAARSCHUWING
Gezondheidsgevaar door binnendringen van ziek-
tekiemen
Bij de montage van de filterpatronen bijzonder op hygi-
ëne en reinheid.
Draag steriele wegwerphandschoenen bij het installe-
ren van het filter.
1. De vergrendeling van de filterafdekking openen.
Afbeelding D
2. Verwijder het zijfilterdeksel.
3. Verwijder de servicekop die in de fabriek is geïnstal-
leerd.
Afbeelding E
a De filterhouder van max. 45° naar buiten zwen-
ken.
b Draai de servicekop tegen de klok in.
c Verwijder de servicekop.
4. Plaats het filter.
Afbeelding F
a De filterhouder van max. 45° naar buiten zwen-
ken.
b Plaats het filter van bovenaf in de filterhouder.
c Draai het filter zo ver mogelijk vast.
Het filter wordt vergrendeld.
d Zwenk het filter met de filterhouder in het appa-
raat.
5. Plaats het zijfilterdeksel.
6. Sluit de vergrendeling van het filterdeksel.
Eerste inbedrijfstelling
1. Sluit de CO
-fles aan, zie hoofdstuk Sluit een nieu-
2
we CO
-fles aan respectievelijk. Sluit een nieuwe
2
CO
-cilinder aan.
2
2. Open de hoofdkraan van de gasfles en zet de druk-
regelaar op 4 bar of, bij gebruik van de CO
"4".
3. Het apparaat inschakelen.
4. Plaats een bak onder de wateruitgang.
5. Druk 10 seconden op de knop "CO
Er ontsnapt gas dat vermengd kan zijn met water-
druppels. Dit korte gaslek is niet gevaarlijk.
6. Het apparaat uitschakelen.
7. Draai de drukregelaar terug naar positie "0".
8. De watertoevoer openen.
9. Het apparaat inschakelen.
10. Plaats een bak onder de wateruitgang.
11. Spoel het filter schoon (zie hoofdstuk Filter- en ap-
paraatspoeling).
12. Voer chemische reiniging uit (zie hoofdstuk Chemi-
sche reiniging).
13. Stel de drukregelaar in op 4 bar of op "4" bij gebruik
van de CO
-cilinder.
2
Het apparaat is bedrijfsgereed.
Filter- en apparaatspoeling
Instructie
Na 60 seconden continu water geven, stopt het appa-
raat automatisch met doseren.
1. Plaats een bak onder de wateruitgang.
2. Druk zo vaak op de toets "Gekoeld water" tot een
spoeltijd van 5 minuten is bereikt (ca. 10 - 15 liter).
3. Druk zo vaak op de toets "CO
2
nog eens 4 minuten spoeltijd is bereikt (ca. 4 - 5 li-
ter).
Omgaan met de CO
Instructie
Houd ook rekening met de algemene informatie over
het omgaan met CO
-flessen, zie hoofdstuk Algemene
2
informatie over de omgang met CO
De volgende stappen moeten worden uitgevoerd bij het
aansluiten van een nieuwe of het verwijderen van een
lege CO
-fles.
2
Verwijder de lege CO
Afbeelding G
Draairegelaar
1
Drukregelaar
2
Wartelmoer
3
Hoofdkraan
4
Manometer regeldruk
5
CO
-slang
6
2
1. Sluit de gasfles op de hoofdkraan.
Nederlands
2. De drukregelaar op "0" draaien.
Instructie
Als de drukregelaar is gescheiden van de CO
hoewel er nog voldoende druk is, is de O-ring tussen de
-aanslui-
fles en de drukregelaar vervormd en moet deze worden
2
vervangen.
3. Maak de spanband los om de CO
ten.
4. Haal de lege gasfles eruit.
5. Schroef de drukregelaar van de lege gasfles los.
Sluit een nieuwe CO
Afbeelding G
Draairegelaar
1
Drukregelaar
2
Wartelmoer
3
Hoofdkraan
4
Manometer regeldruk
5
CO
-slang
6
2
1. Verwijder de beschermkap van de nieuwe gasfles.
2. Draai de hoofdkraan even open, zodat eventueel
aanwezige vloeibare CO
3. Schroef de drukregelaar op de nieuwe gasfles. Zorg
ervoor dat de afdichtring goed zit.
4. De wartelmoer handvast aandraaien.
5. Stel de nieuwe CO
een spanband.
6. Sluit de CO
7. Open langzaam de hoofdkraan op de gasfles.
8. Stel 4 bar in op de drukregelaar met behulp van de
bedieningsknop.
9. Sluit de hoofdkraan op de gasfles.
10. Lees de weergegeven waarde af op de regeldruk-
manometer. De weergegeven waarde moet mini-
maal 5 minuten constant blijven.
Bij een herkenbare drukdaling:
11. Verhelp de drukdaling.
a Controleer of de O-ring tussen de gecomprimeer-
-fles, op
de gastank en de drukregelaar voorhanden en
2
onbeschadigd is.
b Vervang eventueel een defecte O-ring.
c Controleer of de drukregelaar goed zit.
gekoeld water".
d Draai de wartelmoer steviger vast.
2
e Controleer de slangkoppeling op de drukregelaar
en de CO
Als de drukval niet kan worden verholpen door de ge-
noemde maatregelen, is de drukregelaar defect en
moet deze worden vervangen.
12. Open de hoofdkraan nadat u de lektest succesvol
heeft uitgevoerd.
13. Stel de bedrijfsdruk op de drukregelaar in met de be-
dieningsknop. De standaardinstelling is 4 bar en
kan worden aangepast, indien nodig.
14. Na elke vernieuwing van de CO
houdend
menger weer vol raakt.
Omgang met de CO
Instructie
Houd ook rekening met de algemene informatie over
het omgaan met CO
informatie over de omgang met CO
Instructie
CO
-cilinders zijn verkrijgbaar in drogisterijen, elektroni-
2
ca en supermarkten.
gekoeld water" tot
De volgende stappen moeten worden uitgevoerd bij het
aansluiten van een nieuwe of een lege CO
Verwijder de lege CO
-fles
2
Afbeelding H
Drukregelaar schaal
1
Instelwiel
2
-flessen.
2
Drukregelaar
3
Flesschroefverbinding
4
CO
-slang
5
2
-fles
2
CO
-cilinder
6
2
1. De drukregelaar in stand "OFF" draaien.
2. Maak de bevestiging van de CO
3. Koppel indien nodig de CO
aansluiting.
4. Schroef de lege CO
flesschroefverbinding.
Sluit een nieuwe CO
Afbeelding H
Drukregelaar schaal
1
-fles,
2
-fles vast te zet-
2
-fles aan
2
kan ontsnappen.
2
-fles op, en maak deze vast met
2
-slang aan op de drukregelaar.
2
-slang op zichtbare schade.
2
-fles één liter "Co2-
2
-houdend water" afgeven, zodat de CO
2
-cilinder
2
-flessen, zie hoofdstuk Algemene
2
-flessen.
2
-cilinder.
2
-cilinder
2
-cilinder los.
2
-slang los van de CO
2
-cilinder linksom los van de
2
-cilinder aan
2
-
2
-
2
33