Installatie
E.
Klik in de toepassing op Vernieuwen. Het IP-adres van elke versterker in het netwerk wordt in het venster weergegeven.
F.
Klik op Configureren (u kunt ook het IP-adres handmatig invoeren in uw webbrowser en op Enter klikken). De PowerSpace-
configuratietool wordt weergegeven in het browservenster.
Opmerking: Open voor meer informatie het helpsysteem in de PowerSpace-configuratietool.
3.
Als u ControlCenter analoge zone controller(s) gebruikt als afstandsbediening, draait u elk bedieningselement voor uitgangsdemping
met de klok mee en stelt u dit in op 0 dB. Hierdoor kan elke zone controller het volledige bereik dempen. Om ervoor te zorgen dat de
zone controller slechts binnen een bepaald bereik werkt, kunt u de uitgangsdemping naar wens verhogen door het bedieningselement
voor uitgangsdemping tegen de klok in te draaien.
4.
Afhankelijk van de luidspreker die u met uw PowerSpace-versterker wilt gebruiken, volgt u een van de volgende stappen:
A.
Als alle uitgangen zijn ingesteld op 70/100V-luidsprekers met hoge impedantie, stelt u elk overeenkomstig bedieningselement
voor uitgangsdemping in op 0 dB demping. Stel alle luidspreker-taps naar wens in. Afhankelijk van de instellingen van de
luidspreker-taps levert de versterker het vereiste vermogen voor elke uitgang, tot aan het nominaal kanaalvermogen. Zie de
PowerSpace-toepassingengids op PRO.BOSE.COM voor voorbeelden.
B.
Als alle uitgangen zijn ingesteld op 4–8Ω-luidsprekers met lage impedantie, stelt u elk overeenkomstig bedieningselement voor
uitgangsdemping naar wens in. Speel een signaal af met het hoogste ingangsniveau voor een normaal programma of roze ruis.
Voor de minste ruis zorgt u ervoor dat het materiaal dicht in de buurt ligt van de ingangsgevoeligheid. Aan de uitgangslimiet-led
ziet u of de uitgang wordt aangepast. Als het signaalniveau hoger is dan het beschermingslimiet voor de luidspreker, wordt de
uitgangslimiet-led oranje. Verhoog de demping totdat de uitgangslimiet-led niet of slechts soms brandt. Zie de PowerSpace-
toepassingengids op PRO.BOSE.COM voor voorbeelden.
5.
Aangezien elke uitgang kan worden ingesteld op luidsprekers met zowel hoge als lage impedantie, ondersteunt de versterker
installaties met gemengde impedantie. In een dergelijke installatie configureert u eerst de kanalen met hoge impedantie en daarna
pas de kanalen met lage impedantie.
Wanneer u de versterker instelt, kunt u de ingangssignaal-leds in de gaten houden voor ingangsclipping en de uitgangslimiet-leds
6.
voor uitgangsbegrenzing om ervoor te zorgen dat de versterker goed functioneert. Breng indien nodig wijzigingen aan.
Technische overwegingen:
Het aanpassen van het bedieningselement voor uitgangsdemping van één kanaal heeft geen invloed op het niveau van andere kanalen.
Elk kanaal wordt beperkt tot het nominaal vermogen. Als de continue vermogensvraag te hoog blijft, beperkt de versterker deze tot een
gemiddelde van 1/3 continu vermogen.
Er zijn meerdere manieren om het uitgangsvermogen aan te passen bij gebruik van een PowerSpace-versterker:
•
Pas het ingangssignaalniveau relatief aan de gevoeligheidsinstelling van de versterker aan.
•
Pas de bedieningselementen voor uitgangsdemping van de de versterker aan.
•
Pas de instellingen aan van de transformator-taps van de aangesloten luidsprekers met hoge impedantie.
Plaatsing van de installatie
LET OP: Dit product is niet bedoeld voor installatie of gebruik in overdekte ruimten voor wateractiviteiten (waaronder overdekte
zwembaden, overdekte waterparken, stoomruimten, sauna's, bubbelbadkamers en overdekte ijsbanen).
LET OP: Monteer het product niet op locaties waar condensatie kan optreden.
Belang van goede ventilatie
Let bij het plaatsen van de versterker op het volgende:
•
Zorg voor vrije luchtcirculatie rond de versterker ten behoeve van een goede ventilatie. Er bevinden zich ventilatieopeningen aan de
voor-, achter- en zijkanten van de versterker.
•
Blokkeer of bedek de ventilatieopeningen van de versterker niet.
•
Zorg ervoor dat het chassis beschermd is tegen de warmte en niet in de buurt van warmtebronnen zoals verwarmingsroosters en
radiatoren wordt geplaatst.
WAARSCHUWING: Omwille van de benodigde ventilatie mag u het product niet in een besloten ruimte zoals een nis of een
gesloten kast plaatsen. Voorkom dat het chassis warmer wordt dan de maximale bedrijfstemperatuur van 40 °C. Houd er rekening
mee dat omstandigheden in een gesloten rek kunnen leiden tot stijging van de temperatuur tot boven kamertemperatuur. Wanneer
de versterker te warm wordt, wordt de thermische beschermingsmodus geactiveerd en worden alle uitgangen geblokkeerd.
Rackmontage
PowerSpace-versterkers zijn zodanig ontworpen dat deze passen in standaardracks van 48 cm, waarbij één rackunit (RU) in de hoogte
wordt bezet (4,4 cm) en waarbij een montagediepte van 40,6 cm vanaf de voorste rackrail is vereist. Gebruik vier schroeven met
sluitringen (niet meegeleverd) om de beugels voor het voorpaneel van de versterker in de rails van het apparatuurrack te monteren.
WAARSCHUWING: Gebruik uitsluitend het door de fabrikant aanbevolen montagemateriaal.
LET OP: Plaats of installeer de beugel of het product niet in de buurt van warmtebronnen, zoals open haarden, radiatoren,
verwarmingsroosters of andere apparaten (waaronder versterkers) die warmte produceren.
Dempen met standaardsluitcontact
De versterker is ontworpen om alle uitgangen te dempen wanneer de
Mute-contacten met elkaar worden kortgesloten of wanneer de Mute-
contacten worden geopend, afhankelijk van de configuratie van de versterker.
De standaardstatus is doorgaans geopend (NO, Normally Open). Een kortsluiting
in de Mute-aansluiting dempt dan alle uitgangen. De dempingspolariteit kan
worden omgekeerd in de configuratietool.
Opmerking: Alle uitgangslimiet-leds knipperen rood wanneer de versterker
is gedempt via de Mute-aansluiting op het achterpaneel.
30 • Nederlands
PowerSpace P4300+/P4150+ • Installatiehandleiding
PRO.BOSE.COM