overbelastingsschakelaar (15) en herstart de
compressor.
• L ange voedingskabels, verlengsnoeren,
haspels etc. kunnen de spanning verlagen
en het opstarten van de motor belemmeren.
gebruik geen stroomkabels langer dan 10m.
Ferm adviseert om in dergelijke gevallen een
langere luchtslang te gebruiken.
• H et starten van de motor kan moeilijker zijn bij
temperaturen onder 0°C.
3. GEBRuiK
Alleen voor doe-het-zelf doeleinden.
NB.: De informatie in deze handleiding
kan de gebruiker helpen bij het
bedienen van de compressor en tijdens
onderhoudswerkzaamheden. Sommige
afbeeldingen in deze handleiding kunnen
enigszins afwijken van uw compressor.
installatie
Nadat de compressor uit de verpakking is
genomen (afb. 1) en gecontroleerd is dat het
product in goede staat is en dat er tijdens het
transport geen beschadigingen zijn ontstaan,
moeten de volgende controles worden
uitgevoerd. Indien dit nog niet is gedaan, moeten
de rubberen voetstukken en de wielen op de
tank worden aangebracht volgens de instructies
in afb. 2. Plaats de compressor op een vlakke
ondergrond met een maximale helling van 10°
(afb. 3), in een goed geventileerde omgeving,
beschermd tegen atmosferische invloeden en niet
in een ruimte waar gevaar voor explosie bestaat.
Indien de compressor is geplaatst op een vlakke,
hellende ondergrond dient u ervoor te zorgen dat
de compressor tijdens bedrijf niet kan bewegen.
Indien de compressor is opgesteld op een plank,
maak deze dan goed vast om er voor te zorgen
dat de plank en de compressor niet kunnen
vallen. Voor goede ventilatie en koeling is het van
belang dat de compressor ten minste 100 cm van
de wand wordt geplaatst (afb. 4).
Let erop dat de compressor op de juiste
manier vervoerd wordt, hem niet
ondersteboven keren en niet opheffen
met haken of touwen (fig.5-6).
de compressor vullen met olie.
The compressor wordt geleverd met de olie reeds
toegevoegd in het carter.
Voor het eerste gebruik dient de transportstop
verwijderd te worden en moeten deze vervangen
worden door de normale oliestop (afb. 7).
Voor elk gebruik moet gecontroleerd worden
of het olieniveau hoog genoeg is. Dit kan
gecontroleerd worden door naar het oliepeilglas
(13) te kijken. De olieniveau zal minimaal op de
rode markering moeten liggen.
de luchtfilters plaatsen.
Verwijder het deksel en vervang de luchtfilters met
de geleverde luchtfilters voordat u de compressor
gebruikt.
Opstarten
• C ontroleren of de netspanning overeenstemt
met die aangeduid op het plaatje elektrische
gegevens (fig. 10), het toegelaten
tolerantieveld moet binnen de 5% liggen.
• D e schakelaar(3), aangebracht op het
bovenste deel, drukken in de "0" stand
volgens het type van drukregelaar gemonteerd
op het apparaat (fig.11).
• D e stekker in het stopcontact steken (fig. 9) en
de compressor opstarten door de schakelaar
van de drukregelaar in stand "I" te brengen.
De werking van de compressor is volledig
automatisch, geregeld door de drukregelaar
die hem stilzet wanneer de druk in de tank de
maximum waarde bereikt en die hem terug
doet starten als de druk naar het minimum
niveau zakt. Normalerwijze is het verschil
in druk ongeveer 2 bar/29 psi tussen de
maximum en de minimum waarde. Bv - De
compressor stopt als hij 8 bar (116 psi) bereikt
(max. werkdruk) en start automatisch als de
druk in de tank gedaald is tot 6 bar (87 psi).
• N a de compressor aangesloten te hebben
door de stekker in het stopcontact te steken,
dient u de tank tot de maximum druk vol te
pompen en daarbij de juiste werking van de
compressor na te gaan.
17